Gebruik
6.
Neem plaats op de bestuurdersstoel en laat machine in
de gewenste functie werken (voor eventuele hulp bij de
controle of de input-instellingen voor elke functie
correct zijn, raadpleeg de Logic-kaart). Als de juiste
output-LED's gaan branden, betekent dit dat de ECU de
desbetreffende functie inschakelt. (Raadpleeg de logic-
kaart als u zeker wilt zijn van de gespecificeerde output-
LED's).
N.B.: Als een output-LED gaat knipperen, duidt dit op
een elektrisch probleem met die OUTPUT. Repareer/
vervang de defecte elektrische onderdelen onmiddellijk.
Om de knipperende LED opnieuw in te stellen, draait u
de contactschakelaar op "UIT", vervolgens weer op
"AAN". Als er geen output-LED's knipperen, maar de
juiste output-LED's gaan niet branden, moet u
controleren of alle invoerschakelaars werken. Dit doet u
aan de hand van de aanwijzingen voor de wijze waarop
de blokkeringsschakelaars worden gecontroleerd.
Controleer of de schakelaars naar behoren functioneren.
Als de output-LED's branden zoals is gespecificeerd, maar de
machine niet naar behoren functioneert, betekent het dat
probleem niet van elektrische aard is.
N.B.: Als gevolg van de beperkingen van het elektrische
systeem bestaat de kans dat de output-LED's voor "START",
"MONITOR" and "ETR/ALT" niet gaan knipperen, zelfs als
er elektrische problemen met deze functies kunnen bestaan.
Als er een machineprobleem met een van deze functies lijkt te
zijn, moet u het elektrische circuit controleren met een volt-
/weerstandsmeter om na te gaan of er geen elektrische
problemen met deze functies bestaan.
Als de elektronische regulator een output-storing met
betrekking tot de cruise-control of een van de maaidekken
ontdekt, zal de regulator de machine uitschakelen.
Aanwijzingen dat dit de oorzaak van het probleem is, zijn
onder meer:
A.
Het groene diagnoselampje gaat branden.
B.
Op het ACE-diagnosetoestel gaat de LED "output-
storing" branden.
C.
Het ACE-diagnosetoestel geeft aan welke output een
storing heeft.
D.
De machine reageert niet op het contactsleuteltje.
Het bovenstaande geeft aan dat er sprake is van een ECU
probleem. Voor hulp kunt u contact opnemen met uw
plaatselijk erkende Toro-Dealer.
Als elke output-schakelaar in de juiste positie staat en naar
behoren functioneert, maar de output-LED's branden niet op
24
correcte wijze, duidt dit op een ECU-probleem. Als dit
gebeurt, moet u voor hulp contact opnemen met uw Toro-
Dealer.
BELANGRIJK: De display van het ACE-diagnosetoestel
mag niet aangesloten blijven op de machine. De display is
namelijk niet bestand tegen de omstandigheden waarin de
machine elke dag wordt gebruikt. Als u het diagnose-
toestel niet meer nodig hebt, moet u deze loskoppelen van
de machine en de kringloopstekkers weer aansluiten op de
harnasstekkers. De machine functioneert niet als de
kringloopstekkers niet zijn bevestigd op het harnas.
Bewaar het diagnosetoestel op een droge, veilige plaats in
de werkplaats, niet op de machine.
CONTROLE
WAARSCHUWINGSLAMPJES
Voordat u de machine in gebruik neemt, moet u dagelijks alle
waarschuwingslampjes controleren.
1.
Neem plaats op de bestuurdersstoel en schakel de
parkeerrem in. Draai het contactsleuteltje op AAN en
druk op de TEST-knop. Alle lampjes moeten nu gaan
branden.
2.
Als een lampje niet brandt, moet u het peertje vervangen
en de test opnieuw uitvoeren.
DUWEN OF SLEPEN VAN DE
MACHINE
In noodgevallen kan de Groundsmaster 580-D met behulp van
de volgende methoden worden voortbewogen:
A.
Stel de overbelastingsklep in de hydraulische pomp in
werking en duw of sleep de machine.
B.
Maak de voornaven los en sleep de machine.
Methode waarbij de overbelastingsklep wordt
geopend (uitsluitend voor korte afstanden)
De Groundsmaster 580-D kan niet effectief worden
geremd, als de wielnaven zijn losgemaakt. Behalve in
gevallen waarin de machine op een horizontaal vlak is
geplaatst of de wielen zijn geblokkeerd, zal de
machine vrij bewegen. Maak de wielnaven niet los
zonder eerst de wielen te blokkeren of de machine met
een sleepstang te koppelen aan een sleepvoertuig.
LET OP