Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Bediening Van Het Maaidek - Toro Groundsmaster 7200 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor Groundsmaster 7200:
Inhoudsopgave

Advertenties

Bediening van het maaidek

Het maaidek opheffen en neerlaten
Met de hefhendel kunt u het maaidek opheffen en
neerlaten (Figuur 19). De motor moet lopen om deze
hendel te kunnen bedienen.
Figuur 19
1. Hefhendel van maaidek
• Om het maaidek neer te laten, duwt u de hendel
naar voren.
• Om het maaidek op te heffen, trekt u de hendel
naar achteren.
Belangrijk: Houd de hendel niet langer in
deze posities nadat u het maaidek volledig
hebt opgeheven of neergelaten. Anders zal het
hydraulische systeem schade oplopen.
Opmerking: Om het maaidek te vergrendelen in
de opgeheven positie, moet u het maaidek boven de
maaihoogtestand van 15 cm opheffen, de aanslagpen
voor de maaihoogte verwijderen (zie Maaihoogte
instellen) en de pen in de 15 cm stand plaatsen
(Figuur 21).
Aftakas inschakelen
Met de aftakasschakelaar kunt u de maaimessen
en verschillende aangedreven werktuigen in- en
uitschakelen.
1. Een koude motor moet u 5 tot 10 minuten warm
laten worden voordat u de aftakas inschakelt.
2. Neem plaats op de bestuurdersstoel en zet de
rijhendels in de neutraalstand.
3. Trek de aftakasschakelaar omhoog om de aftakas in
te schakelen (Figuur 20).
1. Aftakasschakelaar
Aftakas uitschakelen
Om de aftakas uit te schakelen, zet u de aftakasschakelaar
op UIT.
Maaihoogte instellen
De maaihoogte kan worden ingesteld van 2,5 tot
15,8 cm in stappen van 6 mm door de aanslagpen in
verschillende openingen te plaatsen.
1. Laat de motor lopen, trek de hefhendel naar
achteren totdat het maaidek volledig is opgeheven,
en laat de hendel dan onmiddellijk los
(Figuur 21).
2. Om de maaihoogte in te stellen, moet u de
aanslagpen draaien totdat de rolpen daarin op een
lijn staat met de gleuven in de openingen in de
maaihoogtebeugel, en verwijderen (Figuur 21).
3. Kies de opening in de maaihoogtebeugel die
correspondeert met de gewenste maaihoogtestand,
en steek de pen daarin (Figuur 21).
Opmerking: Er zijn vier rijen met openingen
(Figuur 21). In de bovenste rij vindt u de maaihoogte
die staat aangegeven boven de pen. De tweede rij
is voor de aangegeven maaihoogte plus 6 mm. De
derde rij is voor de aangegeven maaihoogte plus
12 mm. De onderste rij is voor de aangegeven
maaihoogte plus 18 mm. Voor de 15,8 cm is slechts
één opening, die zich in de tweede rij bevindt.
Hiermee wordt de 15,8 cm stand niet verhoogd.
28
Figuur 20

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave