Onderhoud van maaidek
Wetten
WAARSCHUWING
Contact met de messenkooien of andere bewegende
onderdelen kan lichamelijk letsel veroorzaken.
• Houd vingers, handen of kleding uit de buurt
van de messenkooien of andere bewegende
onderdelen.
• Probeer de messenkooien nooit met uw handen
of voeten te draaien of aan te raken terwijl de
motor draait.
1. Plaats de machine op een horizontaal vlak, laat de
maaidekken neer, zet de motor af en stel de parkeerrem
in werking.
2. Ontgrendel de stoel en til deze omhoog zodat u bij de
bedieningsorganen kunt komen.
3. Stel het contact tussen de messenkooi en de snijplaat af
en zorg ervoor dat dit geschikt is voor het wetten bij alle
maaidekken; zie de Gebruikershandleiding van het maaidek.
GEVAAR
Wanneer u het toerental van de motor
tijdens het wetten verandert, kunnen de
messenkooien tot stilstand komen.
• Verander nooit het motortoerental tijdens
het wetten.
• Wet de messenkooien uitsluitend als de
motor stationair loopt.
4. Start de motor en laat deze op een laag stationair
toerental lopen.
5. Zet de wethendel in de stand "R" (Figuur 57).
6. Draai de toerentalregeling van de messenkooien op
instelling 1 (Figuur 57).
Figuur 57
1. Wethendel
2. Toerenregelaar van
messenkooien
7. Zet de maai/transporthendel in de neutraalstand en
duw de maai/hefhendel naar voren om te beginnen
met wetten.
8. Breng de wetpasta aan met de borstel met de lange
steel. Gebruik nooit een borstel met een korte steel.
9. Als de messenkooien blijven vastzitten of instabiel
worden tijdens het wetten, moet u het toerental van de
messenkooien verhogen totdat de snelheid stabiliseert.
Zet daarna het toerental weer op stand 1 of de gewenste
snelheid.
10. Als u de maaidekken tijdens het wetten wilt afstellen,
schakelt u de messenkooien uit door de maai/hefhendel
naar achteren te bewegende en de motor af te zetten.
Na de afstelling herhaalt u stappen tot 4 en met 8.
11. Herhaal deze procedure bij alle maaidekken die u wilt
wetten.
12. Als u klaar bent met wetten, moet u de wethendels
in de "F"-stand zetten, de stoel laten zakken en alle
wetpasta van de maaidekken wassen. Stel indien nodig
het contact tussen de messenkooi en de snijplaat af.
Zet de toerentalregeling van de messenkooien in de
gewenste maaistand.
Belangrijk: Als de wethendel na het wetten niet in
de "F"-stand wordt gezet, zullen de maaidekken
niet omhoog komen of naar behoren werken.
43