7.9
Opstarten
Om de motor te starten moet de schakelaar naar ster (1) gedraaid worden en binnen één seconde
doorgedraaid worden naar driehoek (2).
WAARSCHUWING
Als de schakelaar te langzaam wordt doorgeschakeld wordt de thermische
beveiliging van de motor ingeschakeld. Zet de schakelaar in de neutraal stand en
schakel opnieuw in.
7.10 Uitschakelen
Om de motor uit te schakelen moet de schakelaar naar ster (1) gedraaid worden en binnen één
seconde doorgedraaid worden naar neutraal.
Pompunit met elektrische aandrijving
7.7
Pompen PT serie
1401