5.3
Opstelling binnen
Naast de algemene voorschriften moet aan de onderstaande aanvullende voorschriften worden
voldaan.
– Zorg voor een goed geventileerde ruimte.
– Zorg ervoor dat bij de dieselmotor de uitlaatgassen naar buiten worden afgevoerd.
– Zorg voor voldoende vrije ruimte voor de koelluchtinlaat, zodat de motor onbelemmerd koellucht kan
aanzuigen.
– Voorkom een hoge omgevingstemperatuur en een hoge luchtvochtigheid.
– Vermijd stoffige omstandigheden en plaatsen waar corrosie of erosie kunnen optreden.
– In het geval van elektrische aandrijving; overschrijd de grenswaarden van de elektromotor met
betrekking tot de isolatieklasse en de beschermingsklasse niet.
– Houd, in het geval van een niet door BBA Pumps geleverde elektromotor, de voorschriften van de
toegeleverde motor aan.
5.4
Opstelling in een brand- of explosiegevaarlijke ruimte
De standaard pompunit is niet geschikt voor opstelling in een brand- of explosiegevaarlijke ruimte. In
sommige gevallen kan, na overleg met BBA Pumps en het nemen van de voorgeschreven
maatregelen, schriftelijke goedkeuring door BBA Pumps worden verleend voor het toepassen van de
pomp/pompunit in de omschreven situatie.
5.5
Leidingvoorschriften algemeen
De leidingen moeten aan de onderstaande richtlijnen voldoen:
– Kies de diameter en lengte van zuig- en persleidingen evenals die van de extra componenten
zodanig dat de inlaatdruk zich boven de minimaal toegestane waarde bevindt. De werkdruk moet
zich binnen de maximaal toegestane waarde bevinden. Het geïnstalleerde motorvermogen moet
toereikend zijn.
– De diameters van de leidingen moeten minimaal overeenkomen met de aansluitmaten van de pomp.
– Zie het specificatieblad van de betreffende pomp(installatie) voor de voorgeschreven
leidingdiameters.
– De overgang van verschillende leidingdiameters moet zo mogelijk worden uitgevoerd met een
overgangshoek van circa 8 graden.
– De leiding moet in lijn liggen met de pompaansluiting.
– De flenzen van leidingen en pomp moeten spanningsloos op elkaar zijn aan te sluiten.
– Breng expansiestukken in de leidingen aan in het geval van trillingen en/of hete vloeistoffen.
– Steun de leidingen direct voor de pompunit af. Het gewicht van leidingen en appendages mag de
pompunit niet belasten.
1401
GEVAAR
Het niet opvolgen van de voorschriften voor gebruik van een pompunit in een
brand- en of explosie-gevaarlijke ruimte kan een extreem gevaarlijke situatie
veroorzaken.
Pompen PT serie
Pompunit installeren
5.4