Inbedrijfname
Parameternaam
POS. SETPOINT
invoer
POSITIE OFFSET
invoer
7.6
Flowmeting
7.6.1 Voorbereiding
• De Deltabar S PMD75 wordt normaal gesproken gebruikt voor flowmeting.
• Voor de kalibratie van de Deltabar S, moeten de bedrijfsdrukleidingen worden gereinigd en
worden gevuld met vloeistof. → Zie de volgende tabel.
40
Beschrijving
Positie-instelling – het drukverschil tussen nul (setpoint) en de gemeten druk hoeft
niet bekend te zijn. Om het drukverschil te corrigeren, is een referentiemeetwaarde
nodig (bijv. van een referentie-instrument).
Voorbeeld:
– MEETWAARDE = 0,5 mbar (0.0073 psi)
– Voor de POS. SET-POINT-parameter, moet het gewenste setpoint voor de
MEETWAARDE, bijv. 2,0 mbar (psi) worden gespecificeerd. (0.029 psi)
(MEETWAARDE
= POS. SET-POINT)
nieuw
– MEETWAARDE (na invoer voor POS. SETPOINT) = 2,0 mbar (0.029 psi)
– De POSITIE OFFSET-parameter toont het resulterende drukverschil (offset)
waarmee de MEETWAARDE is gecorrigeerd.
POSITIE OFFSET = MEETWAARDE
hier: POSITIE OFFSET = 0,5 mbar (0.0073 psi) – 2,0 mbar (0.029 psi) = – 1,5 mbar
(0.022 psi))
Fabrieksinstelling:
0,0
Positie-instelling – het drukverschil tussen nul (setpoint) en de gemeten druk is
bekend.
Voorbeeld:
– MEETWAARDE = 2,2 mbar (0.032 psi)
– Voer via de POSITIE OFFSET-parameter, de waarde in waarmee de MEETWAARDE
moet worden gecorrigeerd. Om de MEETWAARDE naar 0,0 mbar te corrigeren,
moet de waarde 2,2 hier worden ingevoerd.
(MEETWAARDE
nieuw
– MEETWAARDE (na invoer voor positie offset) = 0.0 mbar
Fabrieksinstelling:
0,0
– POS. SETPOINT,
oud
= MEETWAARDE
– POSITIE OFFSET)
oud
Deltabar S PROFIBUS PA
Endress+Hauser