2 De regel van dichtheidsbepaling
Drie belangrijke natuurkundige grootheden zijn: het volume en het gewicht van de
lichamen als ook de dichtheid van stoffen. Het gewicht en het volume worden met
elkaar door de dichtheid gekoppeld.
De dichtheid [ρ] is de verhouding van het gewicht [m] ten opzichte van het
De dichtheid wordt in het SI uitgedrukt in kilogram per kubieke meter (kg/m
kg/m3 is gelijk aan de dichtheid van een homogeen lichaam dat bij het gewicht van 1
kg het volumen van 1 m3 inneemt.
Andere vaak gebruikte eenheden zijn:
Door het gebruik van onze set voor dichtheidsbepalingen in combinatie met onze
weegschalen KERN ABS/ABJ kan men snel en zeker de dichtheid van vaste en
vloeistoffen bepalen. De werkwijze van de set voor dichtheidsbepaling gebruikt de
"wet van Archimedes":
DE OPWAARTSE KRACHT IS EEN KRACHT. ZE TAST EEN LICHAAM AAN DAT IN VLOEISTOF IS
ONDERGEDOMPELD. DE OPWAARTSE KRACHT IS EVEN GROOT ALS HET GEWICHT VAN DE
VERPLAATSTE VLOEISTOF. DE OPWAARTSE KRACHT WERKT LOODRECHT NAAR BOVEN.
De dichtheid wordt hiermee op basis van onderstaande module berekend:
Bij de dichtheidsbepaling van vaste stoffen
Met behulp van onze weegschalen kan men een vaste stof zowel in de lucht [A] als
ook in het water [B] wegen. Indien de dichtheid van het verplaatste medium [ρ
bekend is, wordt de dichtheid van vaste stof [ρ] als volgt berekend:
ρ = Monsterdichtheid
A = Het monstergewicht in de lucht
B = Het monstergewicht in de hulpvloeistof
ρ
= De dichtheid van de hulpvloeistof
o
ALT-A02/PLT-A01-BA-nl-1310
volumen [V].
m
ρ =
V
g
1
cm
A
ρ =
ρ
o
A-B
kg
g
1
1
3
3
m
l
,
,
3
). 1
]
o
5