4. Voer de diamantdraad vanaf de achterzijde van de bouwconstructie door de tweede
doorgangsboring (3).
5. Voer de diamantdraad door de holle as van de rolbok (trekzijde) (4).
6. Open de afdekking van de aandrijfeenheid.
7. Voer de diamantdraad door de holle as van de geleiderol (losse zijde) (6).
8. Leg de diamantdraad rechtsom om de aandrijfrol (A).
9. Leg de diamantdraad linksom om de tweede aandrijfrol (B).
▶ De diamantdraad is s-vormig om de aandrijfrollen gewikkeld.
10.Leg de diamantdraad om het overeenkomstig de draadlengte noodzakelijke draadop-
slagniveau (7).
Neem bij het bezetten van de draadopslagniveaus de volgorde in acht!
Om het volle draadopslagcapaciteit te kunnen gebruiken, moet de aandrijfeen-
heid zo worden opgesteld dat aan het begin indien mogelijk slechts het eerste
draadopslagniveau bezet moet worden.
• Te veel diamantdraad over → Kort de diamantdraad in of zet de aandrijfeenheid
verder van de bouwconstructie weg.
• Te weinig diamantdraad over → Gebruik een langere diamantdraad of plaats
de aandrijfeenheid dichter bij de bouwconstructie.
11.Voer de diamantdraad door de holle as van de geleiderol (trekzijde) (8).
12.Verdraai de diamantdraad per draaiende meter 1 tot 1,5 omwentelingen linksom.
Door het verdraaien van de diamantdraad slijt deze gelijkmatig.
U kunt het verdraaien vereenvoudigen door aan het uiteinde van de draad een
lus te maken en de lus als draaihulp te gebruiken.
13.Verbind de draadeinden met een draadverbinder.
▶ Neem de voorschriften en montageaanwijzingen van de fabrikant in acht!
14.Draai de klembout van de geleiderol (trekzijde) los en richt de geleiderol uit ten opzichte
van de diamantdraad.
▶ De markeringsgroeven geven de positie van de draadopslagniveaus aan en verge-
makkelijken het uitrichten.
15.Controleer dat de draad correct in de groeven van de aandrijfrollen, draadopslagrollen
en geleiderollen ligt.
16.(Twee personen nodig) Controleer de gangbaarheid van de diamantdraad, door deze
met de hand heen en weer trekken.
▶ De diamantdraad laat zich licht bewegen → De randen van de doorgangsboring zijn
voldoende afgerond!
▶ De diamantdraad laat zich zwaar bewegen → Rond de randen van de doorgangs-
boring meer af!
7.3.4 Controle van de uitrichting diamantdraad/geleiderol (losse zijde)
*2238912*
2238912
Nederlands
27