ONDERHOUD
Storingzoeken bij foutcodes – foutcodes 102 tot 111, 302 tot 308
Foutcode
Naam
nummer
102
Primair
Stroom chopper 1
tijdens opstarten
302
Secundair
103
Primair
Te hoge stroom
op CS1
303
Secundair
Te hoge stroom
104
op CS2
Primair
Alleen voor
304
HPR260XD
Secundair
HPR400XD
105
Primair
Te lage stroom
op CS1
305
Secundair
Te lage stroom
106
op CS2
Primair
Alleen voor
306
HPR260XD
Secundair
HPR400XD
107
Te hoge stroom
Primair
op CS3
Alleen voor
307
HPR400XD
Secundair
108
Primair
Overdracht tijdens
opstarten
308
Secundair
Koelvloeistofstroom
109
tijdens opstarten
Te hoge
temperatuur
111
koelvloeistof
tijdens opstarten
5-20
Omschrijving
Stroomsignaal van
chopper 1 actief tijdens
opstarten.
Een stroom van meer dan
35 A is waargenomen
door stroomsensor 1.
Een stroom van meer dan
35 A is waargenomen
door stroomsensor 2.
Een stroom van minder
dan 10 A is gedetecteerd
door stroomsensor 1.
Een stroom van minder
dan 10 A is gedetecteerd
door stroomsensor 2.
Een stroom van meer dan
35 A is gedetecteerd door
stroomsensor 3.
Het systeem heeft
stroom op de aardkabel
gedetecteerd tijdens het
opstarten.
"Koelvloeistofstroom OK"-
signaal is actief tijdens
opstarten en voordat
de pompmotor geactiveerd
wordt.
Koelvloeistof geeft tijdens
het opstarten een te hoge
temperatuur aan.
Corrigerende maatregel
Zie bedradingsschema's van hoofdstuk 7.
1. Controleer of de spanning op CS1 correct is.
2. Controleer of de bedrading tussen CS1 en PCB3 correct
en onbeschadigd is.
3. Wissel CS1 en CS2 om. Als de foutcode verandert in 156, moet
u de oorspronkelijke CS1 weer aanbrengen.
Zie de choppertest verderop in dit hoofdstuk.
Zie de choppertest verderop in dit hoofdstuk.
Zie de choppertest verderop in dit hoofdstuk.
Zie de choppertest verderop in dit hoofdstuk.
Zie de choppertest verderop in dit hoofdstuk.
1. Controleer of de elektrische aansluitingen op de stroomsensoren
CS1 en CS3 correct en onbeschadigd zijn.
2. Vervang PCB3 als de aansluitingen correct en onbeschadigd zijn.
3. Controleer of de hoofdschakelaar (CON1) niet dichtgelast is of
sluit tijdens het opstarten.
De stromingssensor van de koelvloeistof is overbrugd of defect.
1. Controleer of de sensor voeding krijgt.
2. Controleer of alle stekkers goed contact maken.
1. Controleer of de temperatuursensor van de koelvloeistof niet
is overbrugd en of de draden naar de sensor in de bedrading niet
zijn kortgesloten.
2. Als beide in orde zijn, is de temperatuur van de koelvloeistof hoger
dan de ingestelde temperatuur en moet deze afkoelen tot 70 °C.
HPR130XD Manual Gas – 806325