Beeldverbetering: auto-onderdrukking
Wanneer u originelen faxt die op dun papier zijn gedrukt, schijnen de beelden op de ene zijde van het
papier soms door op de andere zijde van het papier. U kunt dit probleem verminderen met behulp van
Auto-onderdrukking.
1.
Druk op Faxen op het aanraakscherm.
Druk op het tabblad Afdrukkwaliteit en op Beeldverbetering.
2.
3.
Druk op Auto-onderdrukken.
4.
Als u het beeldcontrast (het verschil tussen lichte en donkere gebieden van een afbeelding)
handmatig wilt instellen, drukt u op Handmatig contrast en zet u de aanwijzer op het gewenste
niveau. Standaard is het contrast ingesteld op Auto-contrast.
5.
Druk op Opslaan.
Opmaak aanpassen
Met behulp van opmaakinstellingen kunt u het origineelformaat aanpassen, pagina's zodanig laten
scannen dat ze als boek gefaxt kunnen worden, en het faxbeeld verkleinen of vergroten.
Origineelformaat aanpassen
1.
Druk op Faxen op het aanraakscherm.
2.
Druk op het tabblad Opmaakaanpassing en vervolgens op Origineelformaat.
3.
Selecteer een van de volgende:
•
Auto-herkenning: hiermee worden originelen van standaardformaten automatisch herkend.
Formaat handmatig invoeren: hiermee kunt u het scangebied handmatig definiëren met
•
behulp van standaard papierafmetingen.
Originelen van gemengde formaten: hiermee kunt u originelen van verschillende
•
standaardformaten scannen.
4.
Druk op Opslaan.
Boek faxen
Druk op Faxen op het aanraakscherm.
1.
2.
Druk op het tabblad Opmaakaanpassing en vervolgens op Boek faxen.
3.
Druk op een van de volgende opties:
•
Uit (standaardinstelling).
•
Eerst links dan rechts en druk vervolgens op Beide pagina's, Alleen linkerpagina of
Alleen rechterpagina.
Eerst rechts dan links en druk vervolgens op Beide pagina's, Alleen linkerpagina of
•
Alleen rechterpagina.
Eerst boven dan onder en druk vervolgens op Beide pagina's, Alleen bovenpagina of
•
Alleen onderpagina.
4.
Druk op Opslaan.
WorkCentre 5300 Multifunctionele printer
Handleiding voor de gebruiker
Faxen
159