7 Montagehandleiding
7.1
Algemene informatie / montagelocatie
Explosiegevaar door kritische toepassingen!
Er bestaat levensgevaar bij gebruik van het apparaat in een ruimte waar
een explosieve atmosfeer aanwezig kan zijn.
►
De lekdetector mag alleen buiten een Ex-zone worden geïnstalleerd.
OPMERKING OVER DE VERPLICHTING EEN GESPECIALISEERD
BEDRIJF IN TE ZETTEN
►
De lekdetector V90H/N mag alleen worden geïnstalleerd door
gespecialiseerde bedrijven conform de geldende wet- en regelgeving
rondom waterbeheer, met bewezen kwalificaties voor de installatie van
lekdetectoren.
►
Daarnaast moet het gespecialiseerde bedrijf ook over voldoende kennis
beschikken op het gebied van brand- en explosiebeveiliging.
►
Indien brandbare vloeistoffen met een vlampunt ≤ 60 °C worden
bewaakt, moet voor de installatie tevens het bewijs worden geleverd dat
aan de eisen inzake explosiebeveiliging is voldaan.
►
De geldende industriële veiligheidsvoorschriften (BetrSichV) dienen te
worden nageleefd.
7.2
Montage van de lekdetector
7.2.1 Wandmontage
De lekdetector moet gemakkelijk toegankelijk worden gemonteerd, indien mogelijk in een
vorstvrije, droge en goed geventileerde ruimte en op zichthoogte op een vlakke muur, met
behulp van de 4 meegeleverde schroeven en pluggen. Om de lekkagedetector aan een
muur te bevestigen, moeten de 4 gaten in het bovenste deel van de behuizing van de
lekkagedetector (SK) worden gebruikt, anders bestaat het gevaar dat de lekkagedetector
wordt beschadigd (bijv. door ontoelaatbare spanningen van de combinatiebehuizing (KG).
OPMERKING
►
De combikast (KG) mag alleen in een beschermende kast of behuizing
worden gemonteerd, wanneer deze voldoende wordt geventileerd en
aan de buitenwand van de beschermende behuizing bovendien een
akoestisch alarm wordt gemonteerd (zie hoofdstuk 7.5.2 Extern alarm).
►
De installatie mag alleen buiten een EX-zone worden uitgevoerd!
►
De lekdetector moet zo worden gemonteerd dat hij niet wordt
blootgesteld aan direct zonlicht/hitte.
7.2.2 Verbindingsleidingen (SL, AL, ML) reservoir/pijpleiding
De verbindingsleidingen (SL, ML, AL) worden met steunhuls en klemring vast gemonteerd
op de schroefverbindingen van de lekdetector. De maximaal toegestane lengte van de
verbindingsleidingen (SL, ML, AL) is 50 m en moet worden aangebracht met een helling
van min. 4%. Als installatie met afschot niet mogelijk is, moet een waterafscheider (WS)
28-11-2022 dpae
Lekdetector V90H/N
GEVAAR
- 19 -
17000615 NL-17-00 GEBRUIKSAANWIJZING LAG V90H-N NL.docx