DISPLAyS EN METERS
A
Instrumentenpaneel A
het licht op zodra het bestuurdersportier
wordt geopend. Het oplichten van sommige
controlelampjes gaat vergezeld van een
boodschap.
U kunt de inhoud en de kleuren van uw in-
strumentenpaneel naar eigen keuze instel-
len.
Raadpleeg het instructieboekje van de uit-
rusting voor auto's met een navigatiesys-
teem.
Voor auto's zonder navigatiesysteem raad-
pleegt u de informatie over het aanpassen
van de auto-instellingen in hoofdstuk 1.
1.66
(1/6)
1
3
Toerenteller 1
(schaalverdeling × 1000)
Snelheidsmeter 2
Deze wordt op een andere manier weerge-
geven volgens de gekozen instelling op het
instrumentenpaneel.
Geluidssignaal snelheidsverklikker
Afhankelijk van de uitvoering van de auto en
van het land, klinkt er iedere 40 seconden
gedurende 10 seconden een geluidssignaal
zolang de auto sneller rijdt dan 120 km/u.
Indicatielampje rijstijl 3
Raadpleeg de paragraaf "Zuinig rijden" in
hoofdstuk 2.
Boordcomputer
Raadpleeg de paragraaf "Boordcomputer" in
hoofdstuk 1.
2