cONTROLE- EN WAARScHUWINGSLAMPjES
De hierna beschreven weergave informatie HANGT AF VAN DE UITRUSTING VAN DE AUTO EN VAN HET LAND.
A
Instrumentenpaneel A of B: dit licht op
wanneer het bestuurdersportier wordt geo-
pend.
Het
waarschuwingslampje
®
dwingt u, voor uw
veiligheid, direct te stoppen
zonder het verkeer in gevaar
te brengen. Stop de motor en start deze
niet opnieuw. Roep de hulp in van een
merkdealer.
1.60
(1/6)
B
Het oplichten van sommige controlelampjes
gaat vergezeld van een boodschap.
Als er geen visueel of geluids-
signaal terug komt, geeft het
een storing van het instrumen-
tenpaneel weer. U moet direct
stoppen zonder het overige verkeer in
gevaar te brengen. Zorg dat de auto in-
derdaad goed gestopt is en neem con-
tact op met een merkdealer.
š
controlelampje markeringslicht
á
controlelampje grootlicht
k
controlelampje dimlicht
f
controlelampje mistachterlicht
controlelampje automatisch
grootlicht
Raadpleeg de paragraaf "Verlichting en si-
gnalen" in hoofdstuk 1.
c
controlelampje richtingaanwij-
zers links
b
controlelampje richtingaanwij-
zers rechts
©
Waarschuwingslampje
nodig voorzichtig direct naar een merk-
dealer te rijden. Als u dit voorschrift ne-
geert, loopt u het risico dat uw auto be-
schadigd wordt.
: Het is