6
Het maaiwerk
6.1
Montage van de maai- en verticuteergereedschappen
Grasshopper G02; GH02; GH-T02 BAF0005.0 01.09
De Grasshopper heeft een klepelmaaiwerk. Hierbij zijn op een pijp
met grote diameter de maaigereedschappen pendelend opgehangen.
Begint de rotor te draaien, dan komen de maai- en verticuteermessen
door de centrifugale kracht overeind, waardoor ze het maaigoed
raken en afsnijden. De messen van speciaal staal zijn in vier rijen aan
de omtrek van de rotor met zogenaamde haakbouten opgehangen.
Er zijn 5 verschillende gereedschapsconfiguraties overeenkomstig
tabel 11.
Zijn de maaimessen (tab. 11, A) of de verticuteermessen (tab. 11, B)
eenzijdig afgesleten, dan kunnen ze nogmaals worden gebruikt door
ze om te draaien. Dit is mogelijk doordat zowel voor- als achterzijde
van de messen is voorzien van een snijrand.
De messen kunnen zonder gereedschap worden omgedraaid of
vervangen (afb. 6.1-1).
Let erop dat de rotor altijd gelijkmatig van messen is voorzien.
Bij ontbrekende of verkeerd gemonteerde maaigereedschappen
treedt er onbalans op, die op den duur tot beschadiging van de
machine leidt.
Het maaiwerk
41