7 Configuratie
Door het frame
geleiden
1
b
a
a Voedingskabel en kabel storing-output
b Kabel bedrijfsschakelaar en kabel
schakelaar geluidsarme werking
Aansluiten op het
Voor kabels die uit de unit komen, kan een
frame
beschermende mantelbuis worden
aangebracht in de uitbreekopening.
Bescherm de kabels met plastic buizen om
te voorkomen dat de rand van de
uitbreekopening in de kabels snijdt
wanneer u geen mantelbuis gebruikt.
A Binnenkant van de buitenunit
B Buitenkant van de buitenunit
a Draad
b Bus
c Moer
d Frame
e Slang
9 Breng het servicedeksel weer aan. Zie
sluiten" op
pagina 26.
10 Installeer
een
aardlekschakelaar
voedingsleiding.
6.9
De installatie van de buitenunit
voltooien
6.9.1
De buitenunit sluiten
OPMERKING
Wanneer u het deksel van de buitenunit sluit, let op dat u
het aanhaalkoppel van 4,1 N•m NIET overtreft.
1
2
1×
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
26
3
b
a
2
b
a
A B
a b c
d
e
"6.9.1 De buitenunit
en
zekering
op
de
7
Configuratie
7.1
Overzicht: Configuratie
In dit hoofdstuk wordt beschreven wat u moet doen en wat u moet
weten om het systeem na de installatie te configureren.
Het bevat informatie over:
▪ Lokale instellingen uitvoeren
INFORMATIE
Het is belangrijk dat de installateur alle informatie in dit
hoofdstuk achtereenvolgens leest en dat het systeem
gepast wordt geconfigureerd.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
7.2
Lokale instellingen uitvoeren
7.2.1
Over lokale instellingen
Om de condensatie-unit te configureren, is een input naar de
hoofdprintplaat van de buitenunit (A1P) vereist. Hierbij worden de
volgende componenten voor lokale instellingen gebruikt:
▪ Drukknoppen voor input naar de printplaat
▪ Een display voor weergave van de feedback van de printplaat
Lokale instellingen worden bepaald door de stand, instelling en
waarde. Voorbeeld: [2‑8]=4.
Stand 1 en 2
Stand
Stand 1
Stand 1 kan worden gebruikt voor het
controleren van de actuele situatie van de
(controle
buitenunit. U kunt tevens de inhoud van
instellingen)
sommige lokale instellingen controleren.
Stand 2
Stand 2 wordt gebruikt voor het wijzigen van
lokale instellingen van het systeem. U kunt de
(lokale instellingen)
actuele waarde van de lokale instelling
raadplegen en wijzigen.
In het algemeen kan na het veranderen van
lokale instellingen de normale werking worden
hervat zonder speciale tussenkomst.
Sommige lokale instellingen worden gebruikt
voor speciale werking. In dat geval moet de
speciale functie worden afgebroken alvorens
de normale werking kan herbeginnen. Dit wordt
aangegeven in de volgende verklaringen.
7.2.2
Toegang tot de componenten voor lokale
instellingen
Zie
"6.2.2 De buitenunit openen" op
7.2.3
Componenten voor lokale instellingen
OPMERKING
De DIP-schakelaar (DS1 op A1P) wordt niet gebruikt.
Verander de fabrieksinstelling NIET.
Componenten voor lokale instellingen:
Condensatie-unit met luchtgekoelde koeling
Beschrijving
pagina 14.
LRMEQ3+4AY1
4P442131-1 – 2016.03