ONDERHOUD
MACHINE DUWEN, SLEPEN EN VERVOEREN
MACHINE DUWEN EN SLEPEN
Indien de machine gebreken vertoont, kan de
machine vanaf de voorkant of vanaf de achterkant
geduwd worden. Slepen kan alleen vanaf de
voorzijde gebeuren.
Sleep of duw de machine alleen over korte
afstanden en niet sneller dan 3,2 km/u. De
machine is NIET bedoeld om over lange
afstanden of met grote snelheid te worden
gesleept of geduwd.
LET OP! Duw of sleep de machine niet
over lange afstanden. Hierdoor kan het
aandrijfsysteem beschadigd worden.
DE MACHINE VERVOEREN
1. Plaats de voorkant van de machine op de
laadrand van de truck of oplegger.
LET OP: Gebruik een truck of oplegger
die het gewicht van de machine kan
dragen
N.B.: Leeg de afval- - en vloeistoftanks voordat u
de machine transporteert.
2. Indien het laadoppervlak niet vlak is of hoger
dan 380 mm van de grond, dient u de
machine met een takel op te laden.
Indien het laadoppervlak vlak is en lager dan
380 mm van de grond, kunt u de machine op
de truck of oplegger rijden.
3. Om de machine met een takel op de truck of
oplegger te laden, maakt u de takelkettingen
vast aan de voorste bevestigingspunten. De
voorste bevestigingspunten bevinden zich op
de voorste hoekpunten van de machine.
Zorg ervoor dat de machine zich precies in
het midden bevindt.
LET OP: Gebruik een takel om de
machine op de truck of oplegger te
laden. Rijd de machine uitsluitend de
truck of oplegger op indien het
laadoppervlak vlak is EN lager dan 380
mm van de grond.
92
7100 330705 (12- -00)