12.
Gebruik van de Wi-Fi-functie
[Wi-Fi setup] Menu
Configureer de instellingen die nodig zijn voor de Wi-Fi-functie.
De instellingen kunnen niet veranderd worden als er een Wi-Fi-verbinding is.
Selecteer het menu.
>
[Set-up] > [Wi-Fi] > [Wi-Fi setup] > Gewenst item dat ingesteld
MENU
moet worden
[LUMIX CLUB]
•
Raadpleeg
P283
voor details.
[PC-verbinding]
•
Voor details over hoe karakters in te voeren, raadpleeg
•
Als u een PC met standaardinstellingen gebruikt, is het niet nodig om de werkgroep te veranderen.
[Toestelnaam]
[NFC-bediening]
Verwerft of verandert de "LUMIX CLUB"-login-ID.
U kunt de werkgroep instellen.
Om beelden naar een PC te sturen, wordt een verbinding met
dezelfde werkgroep als de PC van bestemming vereist.
(De fabrieksinstelling is "WORKGROUP".)
[Werkgroepnaam wijzigen]:
Voer de werkgroep van de PC in waarmee de verbinding
gemaakt wordt.
Verlaat het menu nadat het ingesteld is.
[Terug naar standaard]:
Herstelt de status van de fabrieksinstellingen.
Het bevestigingsbeeldscherm wordt weergegeven. Het wordt
uitgevoerd als [Ja] geselecteerd wordt.
Verlaat het menu na de uitvoering.
U kunt de naam van dit toestel veranderen.
1
Druk op [DISP.].
2
De gewenste inrichtingsnaam invoeren.
•
Voor details over hoe karakters in te voeren, raadpleeg
"
Invoeren
sectie op P55.
•
Er kunnen maximaal 32 tekens ingevoerd worden.
Configureert de instellingen van de NFC-functie.
[ON]:
De NFC-functie werkt.
[OFF]
297
"
"
Tekst Invoeren
sectie op P55.
"
Tekst