Inhoudsopgave
Advertenties
Symptoom, oorzaak/oplossing
Onderdraad breekt.
Spoel is niet juist geplaatst.
Onderdraad onjuist opgewonden.
Er is een bekraste spoel gebruikt.
Draad zit verstrikt.
U gebruikt niet een van de spoelen die speciaal
voor deze machine is ontworpen.
Stof rimpelt.
De boven- of onderdraad is verkeerd ingeregen.
Klos garen is niet juist aangebracht.
Ongeschikte naald of draad voor gekozen stof.
Naald is verdraaid, verbogen of de punt is stomp. 20
Steken zijn te lang wanneer u dunne stoffen naait. 28
Draadspanning is niet juist ingesteld.
U hebt niet de juiste persvoet gebruikt.
De steek wordt niet correct genaaid.
De persvoet die u gebruikt is niet geschikt voor
het soort steek dat u wilt naaien.
De draadspanning is niet juist.
De draad zit verstrikt, bijvoorbeeld in het
spoelhuis.
Transporteur staat omlaag.
• Schuif de transporteurstandschakelaar naar
rechts (
).
Overgeslagen steken
De machine is onjuist ingeregen.
Ongeschikte naald of draad voor gekozen stof.
Naald is verdraaid, verbogen of de punt is stomp. 20
Naald is niet juist geplaatst.
Stof of pluisjes onder de steekplaat.
U naait een dunne stof of stretchstof.
• Naai met niet-geweven, in water oplosbare
versteviging onder de stof.
Referentie
Symptoom, oorzaak/oplossing
Machine naait niet
14
Naald is verdraaid, verbogen of de punt is stomp. 20
12
Spoel is niet juist geplaatst.
14
Bovendraad is niet juist ingeregen.
59
Hoog piepgeluid tijdens het naaien
12
Draad of pluisjes zitten vast in de transporteur.
Er zitten stukjes draad in de grijper vast.
Bovendraad is niet juist ingeregen.
12, 15
U gebruikt niet een van de spoelen die speciaal
12
voor deze machine is ontworpen.
19
Er zitten naaldgaten of krassen in het spoelhuis.
Stof wordt niet door de machine heen gevoerd.
Transporteur staat omlaag.
• Schuif de transporteurstandschakelaar naar
28, 58
rechts (
Steken zitten te dicht op elkaar.
21
U hebt niet de juiste persvoet gebruikt.
Naald is verdraaid, verbogen of de punt is stomp. 20
21
Draad is verstrikt.
28, 58
Zigzagvoet "J" staat schuin op een dikke naad
59
aan het begin van de steken.
De stof wordt doorgevoerd in de tegenovergestelde
5, 48
richting.
Het doorvoermechanisme is beschadigd.
De naald raakt de steekplaat.
12, 15
De naaldklemschroef is los.
19
Naald is verdraaid, verbogen of de punt is stomp. 20
Stof die wordt genaaid met de machine kunt u niet
verwijderen.
20
Draad is verstrikt onder de steekplaat.
55
31
Probleemoplossing
).
Referentie
14
15
55
55
15
12
4
*
5
28
21
59
30
*
20
59
63
Advertenties
Inhoudsopgave
