Het maaiwerk
6.2
Maaien
50
Voor het maaien of verticuteren worden de hiervoor beschreven
maaigereedschappen gebruikt. De werksnelheid is afhankelijk van de
dichtheid en vochtigheid van het gras. Deze moet worden aangepast
aan de omstandigheden. Let op het maximale toerental van de
cardanas van 540 1/min. De bak moet op tijd worden leeggemaakt,
zodat de machine goed kan opnemen.
De bak is voorzien van een indicator die aangeeft wanneer de bak
moet worden leeggemaakt (afb. 6.2).
Als de wijzer van de indicator in de onderste stand staat, kan er nog
maaigoed worden opgenomen. Begint de wijzer te bewegen of staat
deze in de bovenste stand, dan moet de opvangbak worden
leeggemaakt. De gevoeligheid van de indicator is afhankelijk van het
maaigoed.
Grasshopper GHD-02 BAF0007.0 01.09