Tijdinstellingen
Houd MENU ingedrukt en selecteer Instellingen > Systeem >
Tijd.
Tijdweergave: Hiermee stelt u de 12- of 24-uursklok in.
Stel tijd in: Hiermee stelt u de tijdzone voor het toestel in. De
optie Automatisch stelt de tijdzone automatisch in op basis
van uw GPS-positie.
Tijd: Hiermee kunt u de tijd aanpassen als de functie is
ingesteld op de optie Handmatig.
Alarmen: Hiermee kunt u de zonsopkomst- en
zonsondergangswaarschuwingen zo instellen dat een
bepaald aantal minuten of uren vóór de feitelijke
zonsopkomst of zonsondergang een waarschuwingssignaal
wordt gegeven.
Synchroniseer met GPS: Hiermee kunt u de tijd handmatig
synchroniseren met GPS wanneer u van tijdzone verandert,
en kunt u de zomertijd instellen.
Schermverlichtingsinstellingen
Houd MENU ingedrukt en selecteer Instellingen > Systeem >
Schermverlichting.
Modus: Hiermee stelt u het inschakelen van de
schermverlichting in op handmatig of automatisch. Bij de
optie Automatisch kunt u de schermverlichting voor knoppen,
meldingen en gebaren apart instellen.
OPMERKING: Wanneer u Beweging instelt op Aan, wordt de
schermverlichting ingeschakeld als u uw arm optilt en draait
om op uw pols te kijken.
Timeout: Hiermee kunt u de tijdsduur instellen voordat de
schermverlichting wordt uitgeschakeld.
Helderheid: Hiermee stelt u de helderheid van de
schermverlichting in.
Het bedieningsmenu aanpassen
U kunt snelkoppelingen toevoegen, verwijderen en de volgorde
ervan wijzigen in het bedieningsmenu
weergeven, pagina
1).
1
Houd MENU ingedrukt.
2
Selecteer Instellingen > Systeem > Bedieningsmenu.
3
Selecteer een snelkoppeling die u wilt aanpassen.
4
Selecteer een optie:
• Selecteer Sorteer om de locatie van de snelkoppeling in
het bedieningsmenu te wijzigen.
• Selecteer Verwijder om de snelkoppeling uit het
bedieningsmenu te verwijderen.
5
Selecteer indien nodig Voeg nieuw toe om nog een
snelkoppeling aan het bedieningsmenu toe te voegen.
De sneltoetsen aanpassen
U kunt de functie voor het ingedrukt houden van afzonderlijke
knoppen en knopcombinaties aanpassen.
1
Houd MENU ingedrukt.
2
Selecteer Instellingen > Systeem > Sneltoetsen.
3
Selecteer de knop of knopcombinatie die u wilt aanpassen.
4
Selecteer een functie.
De maateenheden wijzigen
U kunt de eenheden voor afstand, tempo en snelheid, hoogte,
gewicht, lengte en temperatuur aanpassen.
1
Houd MENU ingedrukt.
2
Selecteer Instellingen > Systeem > Eenheden.
3
Selecteer een type maatsysteem.
4
Selecteer een maateenheid.
ANT+ sensors
(Het bedieningsmenu
Toestelgegevens weergeven
U kunt toestelinformatie zoals de toestel-id, softwareversie,
informatie over wet- en regelgeving en de licentieovereenkomst
weergeven.
1
Houd MENU ingedrukt.
2
Selecteer Instellingen > Over.
Informatie over wet en regelgeving en naleving
weergeven
1
Selecteer in de instellingen Over.
2
Selecteer DOWN totdat informatie over wet- en regelgeving
wordt weergegeven.
ANT+ sensors
Het toestel is compatibel met deze optionele draadloze ANT+
accessoires.
• Hartslagmeter, zoals HRM-Run
aanbrengen, pagina
5)
• Fietssnelheid- en cadanssensor
fietssnelheids- of fietscadanssensor gebruiken, pagina
• Voetsensor
(Voetsensor, pagina
• Vermogenssensor, zoals Vector
• tempe
draadloze temperatuursensor
™
Ga naar
http://buy.garmin.com
compatibiliteit en de aanschaf van extra sensors.
ANT+ sensors koppelen
Wanneer u voor de eerste keer een sensor via de ANT+
draadloze technologie met uw toestel wilt verbinden, moet u het
toestel en de sensor eerst koppelen. Nadat de koppeling is
voltooid, maakt het toestel automatisch een verbinding met de
sensor wanneer u een activiteit start en de sensor actief is en
zich binnen bereik bevindt.
OPMERKING: Indien uw toestel is geleverd met een
hartslagmeter, zal de bijgeleverde hartslagmeter reeds zijn
gekoppeld met uw toestel.
1
Als u een hartslagmeter koppelt, moet u de hartslagmeter
omdoen
(De hartslagmeter aanbrengen, pagina
De hartslagmeter kan pas gegevens verzenden of ontvangen
als u deze hebt omgedaan.
2
Breng het toestel binnen 3 m (10 ft.) van de sensor.
OPMERKING: Zorg ervoor dat u minstens 10 m (33 ft.) bij
andere ANT+ sensors vandaan bent tijdens het koppelen.
3
Houd MENU ingedrukt.
4
Selecteer Instellingen > Sensors en accessoires > Voeg
nieuw toe.
5
Selecteer een optie:
• Selecteer Zoek alles.
• Selecteer uw type sensor.
Als de sensor is gekoppeld met uw toestel wordt de status
van de sensor gewijzigd van Zoeken naar Verbonden.
Sensorgegevens worden weergegeven in de reeks
gegevenspagina's of in een aangepast gegevensveld.
Een optionele fietssnelheids of fietscadans
sensor gebruiken
Met een compatibele fietssnelheids- of fietscadanssensor kunt u
gegevens verzenden naar uw toestel.
• Koppel de sensor met uw toestel
pagina
27).
• Werk de gegevens in uw fitness-gebruikersprofiel bij
gebruikersprofiel instellen, pagina
(De hartslagmeter
™
(Een optionele
28)
™
(tempe, pagina
voor meer informatie over de
5).
(ANT+ sensors koppelen,
(Uw
11).
27)
28)
27