Autotuning stap voor stap:
Stap
Code
Naam
1
A003
Kantelfrequentie
A044
Regelmethode
A051
gelijkstroom-
remmen
2
H001
Wijze van
autotuning
H002
Selectie
motorconstanten
H003
Motorvermogen in
kW
H004
Motorpooltal
3
F001
Toerenopdracht
4
Geef een start-
opdracht. Met de
run-toets of met de
ingangsklemmen .
Afhankelijk van de
instelling A002
5
F002
Acc/dec.tijd
/F003
6
7
23
Actie
Meestal de op de typeplaat van de motor
vermelde frequentie
Sensorless vector control code 03 of 04 of
Vector control code 05.
Moet uit zijn bij autotuning : code 00. Dit is ook
de fabrieksinstelling.
Kies indien mogelijk voor autotuning bij
draaiende motor, code 02. Draait de motor
tijdens autotuning niet kies dan alsnog code 01.
selecteer autotuning data code 01
Selecteer een motorvermogen, is de juiste
waarde niet te vinden kies de dichtst bij gelegen
waarde.
Geef het aantal motorpolen op, b.v. 1400RPM
motor is een 4 polige motor.
Zorg ervoor dat er een frequentie-opdracht
groter dan nul voorstaat, bij voorkeur 50Hz.
De autotuning begint:
e
- 1
wisselstroom bekrachtiging
e
- 2
wisselstroom bekrachtiging
e
- 1
gelijkstroombekrachtiging
- optoeren van de motor tot 80% van de
basisfrequentie (A003) volgens V/F bedrijf
optoeren van de motor tot 40% van de
basisfrequentie (A003) volgens SLV bedrijf
e
- 2
gelijkstroombekrachtiging
- weergave resultaat autotuning
Verleng deze tijden bij een overcurrent of
overvoltage storing.
Autotuning goed doorlopen
Autotuning niet goed doorlopen
Bedien de reset/stop toets