Hoofdstuk 5
5.7.12 Aansluiten koeling
Wanneer het Allure toestel wordt voorzien van koeling moeten
de stuurdraden voor de condensingunit worden aangesloten
op nr.1 en nr.2 van de 2-polige installateurs connector X5 van
de besturingsunit. Er wordt uitgebreider ingegaan op de Allure-
ELEKTR. AANSLUITEN
CONDENSINGUNIT
VERBINDINGS-
KABEL NAAR
INTERFACE
WARMELUCHTKAST
LUCHTTEMPERATUURVOELER
KABEL VANAF
LUCHTTEMP.VOELER
(Aansluiten op X4-9 & X4-10)
NAAR AANSLUITING
LUCHTTEMP.VOELER
BESTURINGSUNIT
ALLURE
LUCHTVERWARMER
(UPFLOW UITV.)
28
serie met koeling in het installatievoorschrift Allure met koe-
ling.
Voor de koeling kan een aparte luchthoeveelheid worden inge-
steld (zie § 7.4).
CONDENSINGUNIT
TYPE AOHA
VOEDINGSKABEL
CONDENSINGUNIT
5
Allure 2e druk mei 2010
VOEDINGSKABEL
CONDENSINGUNIT
3-ADERIG
VERBINDINGSKABEL
4-aderig (230V.)
Cond.unit
KOELBLOK
KABEL VANAF
TEMP. VOELER
RUIMTE-
THERMOSTAAT
VOEDING-
KABEL ALLURE
3-ADERIG
230V 50Hz
2-ADERIGE KABEL
(Aansluiten op X5-1 & X5-2)
5
Installeren
230V 50Hz
Interface
INTERFACE
CONDENSINGUNIT
5
E2330-B