Installatievoorschriften Gasgestookte HR-luchtverwarmer Allure met een schonere verbranding besturingsunit versie 5.0 BEWAREN BIJ HET TOESTEL ID-NUMMER : 63/AQ/0650 Dit toestel mag door kinderen vanaf 8 jaren en ouder, personen met verminderde geestelijke vermogens, lichamelijke beperkingen of gebrek aan ervaring en kennis, gebruikt worden als ze onder toezicht staan of instructies hebben gekregen hoe het toestel op een veilige manier te gebruiken en zich bewust zijn van de mogelijke gevaren.
6 verschillende buitenluchtprogramma voorgeprogrammeerd het retourkanaal. Daarbij kan het toestel in deze uitvoering van in de regeling van het Allure toestel) zal knop nr. 5 op de Brink 0 tot 100% buitenlucht aanzuigen, afhankelijk van de stand van eBus klokthermostaat een andere bedrijfssituatie van de sy- de wisselklep.
Hoofdstuk 2 Uitvoering 2.1 Boven- en onderuitblazende uitvoering Een luchtverwarmer uit de Allure-serie wordt zowel in bovenuit- geleverd. 1 = Retourlucht 2 = Warmelucht Principeschets Allure-serie Allure 611945-Q aug. 2022...
Steker (aansluiting 1 en 2 van de 6-polige connector) met schroefverbinding voor kabel 14 Aansluiting eBus klokthermostaat met 2-aders naar de Brink eBus klokthermostaat. Let op juiste polariteit! 15 Aansluiting temperatuurvoeler (T3) Steker (aansluiting 9 en 10 van de 12-polige connector) voor temperatuurvoeler T3...
Hoofdstuk 4 Werking 4.1 Globale omschrijving Een toestel uit de Brink Allure-serie is voorzien van een bestu- De systeemventilator zal traploos meer of minder lucht trans- ringsunit met een microprocessor; deze regelt en controleert porteren, afhankelijk van de uitblaastemperatuur van het toe- de veilige werking van het toestel.
De besturingsunit geeft ook signalen Voor instellingen van de klokthermostaat zie de Brink instruc- aan deze klokthermostaat over het functioneren van het toe- tiekaart Allure en de bij deze klokthermostaat meegeleverde stel, bijvoorbeeld over de mate van modulatie, temperaturen gebruikershandleiding.
P1: Week 22.5 ingest. temperatuur 24.0 °C Instelknop stand koeling op modulerende eBus klokhermostaat Positie keuze knop bedrijfsmodus op Brink eBus klokthermostaat Ventilatiestand uit Systeemventilator geregeld door temperatuurvoeler; bij geen warmtevraag staat de systeemventilator stil. Brander modulerend volgens warmtevraag ruimtethermostaat. Comfortstand Systeemventilator geregeld door temperatuurvoeler;...
Hoofdstuk 4 Werking 4.4 Aan/uit ruimtethermostaat Het blijft altijd mogelijk een Allure-toestel aan te sturen met regeling niet varieert. Echter, in combinatie met een aangeslo- een aan/uit ruimtethermostaat (potentiaalvrij) in plaats van de ten buitenvoeler (zie § 5.6.6) zal de setwaarde van de uitblaas- modulerende eBus klokthermostaat (zie §...
5.1.4 Voorschriften kunststof luchttoevoer- en rookgasafvoermateriaal PP wachte levensduur van minimaal 15 jaar te hebben, toege- steem met label ‘Brink HR’ zijn gemaakt van een hoogwaar- past in een condenserend verbrandingsgasmilieu van maxi- dige kwaliteit kunststof polypropyleen (PP).
Hoofdstuk 5 Installeren Gebruik altijd de juiste Brink rookgasafvoer- en luchttoevoerartikelen bij plaatsing van een Allure luchtverwarmer! Voor de juiste Brink artikelcodes van deze artikelen raadpleeg onderstaande tabel. Brink Omschrijving Toestel categorie artikelcode 122005 Dakdoorvoer D80 - D125 122010 HR Dakdoorvoer D80 - D125 met broekstuk 122040 Dakdoorvoermanchet D100 - D131 0-55°...
(bijv. PUR/siliconen etc.). kanten/materialen,anders dan toegelaten door fabrikant. voer. Bij een parallel kunststof luchttoevoer- en rookgas- afvoersysteem ‘Brink HR’ moet het overgangsstuk aan de dakdoorvoer gemonteerd worden. cerin of water. Beugel Ø 80 mm - code 649808 Let op!! Gebruik geen vet, zuurvrije vaseline of olie!
Pagina 25
Hoofdstuk 5 Installeren 3 Afkorten en afschot 4 Beugelen Het correct beugelen van het rookgasafvoersysteem is uitermate belangrijk voor een langdurig veilige installatie! kant voorschreven beugels toepassen). Het benodigde aantal beugels en de juiste plaats ervan kan als volgt worden bepaald: Horizontale en schuin- lopende leidingen De afstand tussen de beugels mag maximaal 1 meter zijn.
Let op!! Gebruik geen vet, zuurvrije vaseline of olie!! kanten/materialen,anders dan toegelaten door fabrikant. 3 Afkorten en afschot rookgasafvoermateriaal ‘Brink HR’ moet de binnenpijp 10 af te korten en de zaagkant af te schuinen en te ontbramen. mm langer afgezaagd worden dan de buitenpijp.
Hoofdstuk 5 Installeren 5.3 Aansluiten kanalen Voor de Allure-serie zijn standaard warmeluchtverdeelkasten zen worden, dus geen rechte verbinding tussen twee ver- stel op het toestel geplaatst en bij een onderuitblazend (Down- trekken. onder het toestel. Voor de bevestiging van de war- het toestel zijn S-strippen leverbaar.
Hoofdstuk 5 Installeren 5.4.1 Gasaansluiting De maat en het verloop van de gastoevoer dienen in over- Geadviseerd wordt om een losneembare koppeling direct bui- eenstemming te zijn met de voorschriften van het plaatselijke ten het toestel te plaatsen in verband met eventuele latere de- Energiebedrijf en de voorschriften voor aardgasinstallaties.
Om alle functies van het Allure toestel optimaal te kunnen be- nutten, dient de Brink modulerende eBus klokthermostaat te worden aangesloten. Een andere type modulerende (klok)hermostaat functioneert niet in combinatie met de elektronische regeling van het Allure-toestel! Allure 611945-Q aug.
Pagina 31
1 te staan (is fabrieksinstelling). Zie voor overzicht van de instelwaarden hoofdstuk 12. De Brink eBus klokthermostaat wordt aangesloten op de contacten X2-1 en X2-2 van de (losneembare) steker X2 (zie De thermostaat regeling van zowel de eBus als de aan/uit afbeelding) .
Hoofdstuk 5 Installeren 5.6.3 Aansluiten en plaatsen temperatuurvoeler (T3) Voor het optimaal functioneren van de elektronische regelingen de maximaalbeveiliging aanspreken met een vergrende- in het Allure toestel is het belangrijk dat de temperatuurvoeler lende storing tot gevolg. Wordt met de temperatuurvoeler op de juiste plaats in het luchtkanaal gemonteerd is.
Hoofdstuk 5 Installeren 5.6.4 Aansluiting 24 Volt DC Er is een 24 volt DC uitgang beschikbaar op de 6-polige installateurs connector (X2-5 & X2-6) van de besturings- unit. Hiervan is maximaal 0,5 A af te nemen. Aansluiting BIC-907 X2-5 (GND) & X2-6(+) Door installateur aan te leggen bedrading 24 Volt DC (max.
Hoofdstuk 5 Installeren 5.6.7 Aansluiten ventilatieschakelaar Het is ook mogelijk om een ventilatieschakelaar apart aan te sluiten op de besturingsunit van het Allure toestel. Wanneer een extra ventilatieschakelaar wordt aangeslo- ten op de 12-polige installateurs connector X4 in de scha- kelkast Allure terwijl een modulerende Bus ruimtethermos- taat is geplaatst dan moet voor een goede werking van deze ventilatieschakelaar de ventilator keuze knop op de...
Hoofdstuk 5 Installeren 5.6.10 Comfort-zone regeling In het geval van een comfort zone regeling wordt gebruik ge- Voor een totaaloverzicht van alle door de installateur aan te maakt van de aan/uit thermostaat ingang op de Allure scha- passen instelwaarden inclusief basisinstelling en instelbereik kelkast.
‘master’ toestel. gekoppelde toestellen kan dit commando voor alle gekoppelde Een Allure B-16 HR(D) kan dus niet samenwerken in ge- toestellen gegeven worden op het bedieningspaneel van het koppelde uitvoering met een B-25 HR(D) of een B-40 HR(D) ‘master’...
Pagina 37
Hoofdstuk 5 Installeren Modulerende eBus ruimtethermostaat Allure-toestel nr. 1 Donderdag Donderdag = MASTER Handmatig P1: Week 22.5 Let op! ingest. temperatuur 24.0 °C Stapnummer 31 instellen op ‘0’ Aansluiting BIC-907 X2-1(-) & X2-2(+) X2-3(-) & X2-4(+) Allure-toestel nr. 2 = SLAVE 1 Let op! Stapnummer 31 instellen op ‘1’...
Hoofdstuk 5 Installeren 5.6.12 Aansluiten koeling Wanneer het Allure toestel wordt voorzien van koeling moeten serie met koeling in het installatievoorschrift Allure met koe- de stuurdraden voor de condensingunit worden aangesloten ling. op nr.1 en nr.2 van de 2-polige installateurs connector X5 van Voor de koeling kan een aparte luchthoeveelheid worden inge- de besturingsunit.
Hoofdstuk 6 LCD weergave systeem 6.1 Algemene verklaring bedieningspaneel Op het display kan uitgelezen worden wat de bedrijfssituatie Na bediening van de ‘Menu’- toets kan men met de + of - toets van het toestel is. Met het bedieningspaneel zijn instellingen in kiezen uit 4 verschillende menu nl: de programmatuur van de besturingsunit op te roepen en te wij- zigen.
Hoofdstuk 6 LCD weergave systeem Gebruik toetsen bij menu selectie Druk vanuit bedrijfssituatie éénmaal op de ‘Menu’-toets om in het instelprogramma te komen. Op het display verschijnt dan de tekst “ SET”. Wanneer men nu nogmaals op de menu toets drukt dan kunnen de instellingen worden aangepast;...
Pagina 41
Hoofdstuk 6 LCD weergave systeem Display weergave bij afwijkende situaties Storingsweergave Wanneer het Allure toestel een blokkerende of vergrendelende storing heeft wordt dit op het display weergegeven. Een blokkerende toestel storing wordt door een letter E met storingscode weergegeven; een vergrendelende storing wordt door een knipperende letter F met storingscode weergegeven waarbij dan ook de achtergrond verlichting permanent aan Blokkerende toestelcode...
Hoofdstuk 6 LCD weergave systeem 6.2 Menustructuur display BEDRIJFSSITUATIE (§ 6.3) GEWIJZ. WAARDE Indien 2 min. geen Indien 5 min. geen WORDT OPGESLAGEN toets wordt bediend toets wordt bediend (§ 6.4) Druk op ‘MENU’ - toets Druk op Druk op Druk op ‘MENU’...
Hoofdstuk 6 LCD weergavesysteem 6.3 Bedrijfssituatie Tijdens de bedrijfssituatie kunnen op het display een 5-tal ver- schillende situaties/waarden tegelijk worden weergegeven. 6.3.1 Temperatuurweergave Hier wordt weergeven de actuele temperatuur bij tem- Dit is dus niet de ruimtetemperatuur en is daarom dan ook peratuurvoer T3.
Hoofdstuk 6 LCD weergave systeem 6.3.3 Status systeemventilator bij bedrijfssituatie Op deze plaats van het display is een ventilatorsym- symbooltje niet zichtbaar. bool samen met een nummer zichtbaar. Als de sy- Het nummer achter het symbooltje geeft de ventilar- steemventilator draait dan is het ventilatorsymbooltje situatie weer;...
Hoofdstuk 6 LCD weergave systeem 6.3.5 Weergavesymbool toestel status bedrijfssituatie Tijdens bedrijfssituatie kunnen met een aantal symbo- De volgende symbolen worden gebruikt op het dis- len of een combinatie van deze symbolen een bedrijfs- play: situatie worden weergegeven. Weergavesymbool op display Omschrijving Allure toestel De condensingunit in bedrijf...
Hoofdstuk 6 LED weergave systeem 6.4 Instelprogramma Voor het optimaal functioneren van het Allure toestel kunnen er drukken. Het stapnummer knippert nu; wanneer stapnr. 1 instellingen worden aangepast e.e.a. afhankelijk van de opstel- niet hoeft te worden aangepast, ga dan door naar punt 6. lingssituatie en toepassing van het Allure toestel.
Pagina 47
Hoofdstuk 6 LCD weergave systeem Wanneer men geen andere instelling meer wilt gaan Opslaan aangepaste waarde wijzigen drukt men op de ‘R’ toets; het toestel keert De gewijzigde waarde van stapnummer 2 kan worden op- terug naar de bedrijfssituatie. geslagen door op de ‘MENU’-toets te drukken; het stap- nummer knippert niet meer als de wijziging is opgeslagen en men staat weer terug in het instelmenu en de gewij- zigde waarde (in dit voorbeeld 500m...
Hoofdstuk 6 LCD weergave systeem 6.5 Uitleesprogramma Met het uitleesprogramma kan de installateur of gebruiker een 3. Druk op ‘MENU’- toets om het uitleesprogramma te active- aantal actuele waarden van sensoren oproepen om meer infor- ren. matie te krijgen over de werking van het toestel. Het uitlees- programma krijgt men te zien door de volgende handelingen te verrichten: Het wijzigen van waarden of instelling is niet mo- gelijk in het uitleesprogramma.
Hoofdstuk 7 In werking stellen 7.1 In- en uitschakelen toestel Druk vanuit bedrijfssituatie1x op de “MENU” -toets Het display staat dan op instelprogramma. Inschakelen van het toestel 1. Schakel de netvoeding in. temperatuur. 3. Open de gaskraan. 4. Stel de ruimtethermostaat in op de gewenste tempera- tuur.
Hoofdstuk 7 In werking stellen 7.3 Instellen uitblaastemperatuur Voor het optimaal functioneren van het Allure-toestel zal de Voor een totaaloverzicht van alle door de installateur aan te uitblaastemperatuur ingesteld moeten worden, zoals deze is passen instelwaarden inclusief basisinstelling en instelbereik vastgelegd in de ontwerpgegevens.
Hoofdstuk 7 In werking stellen 7.6 Bepaling systeemcurve Leg de luchthoeveelheid met de bijbehorende druk van de sy- Activeer de functie systeemcurve maken door 1x op ‘ME- steemventilator vast in het geheugen (= systeemcurve) bij een NU’-toets te drukken. De regeling bepaalt nu zelf de sy- schoon steemcurve;...
Pagina 52
Hoofdstuk 7 In werking stellen STAPNUMMER 13 PROGRAMMA SELECTIE BUITENLUCHTPROGRAMMA Positie linker instelknop op Brink eBus klokhermostaat Stand “ 1 ” Stand “ 2 ” Stand “ 3 “ Stand “ “ Systeemventilator draait Systeemventilator draait Systeemventilator draait Systeemventilator draait...
Hoofdstuk 7 In werking stellen De volgende stapnummers kunnen ook nog van belang zijn bij Voor wijziging van stapnummers in het instelmenu zie § 6.4. toepassing van buitenluchtprogramma. Stap nr. Omschrijving Instelbereik Instellingen 0 = systeemventilator aan/uit Systeemventilator minimum/ uit 1 = systeemventilator continu aan Minimum uitblaastemperatuur bij 10 t/m 60 °C...
Bij een vergrendelende storing van het Allure toestel staat op van het display kortstondig aan. Wanneer een blokkerende het display van de ruimtethermostaat (alleen indien de modu- lerende Brink klokthermostaat wordt toegepast) een ‘F’ met een ”1” voor de E. Vergrendelende storing:...
Hoofdstuk 8 Storing 8.3 Storingstabel blokkeringscode Storingsnummer. Omschrijving Gevolg/ actie Algemene blokkering Universele ingang is gesloten (zie ook §5.6.8) Temperatuurvoeler T1/ T2 te hoog Temperatuur T1 en T2 dient te dalen met z’n hysterese Geen vlam na ontsteekpoging Automatisch nieuwe ontsteekpoging Vlam valt weg tijdens bedrijfssituatie Automatisch nieuwe ontsteekpoging Er volgt een vergrendeling wanneer deze situatie...
Hoofdstuk 8 Storing 8.5 Storingsanalyse Een vergrendeling van de besturingsunit kan alleen wor- Controleer het starttoerental van de rookgas- den opgeheven met de reset knop! ventilator. Let ook op het probleemloos rond- Als na drukken op de reset knop (R-toets) de storing blijft aan- draaien van de rookgasventilator en eventuele houden, zal met behulp van de storingsanalyse de oorzaak van ‘aanloop-geluiden’...
Hoofdstuk 8 Storing Storing aansluiting temperatuurvoeler Storing aansturen koelcompressor Controleer de kabelboom en stekerverbindin- Controleer of de ingestelde temperatuur op de ruimte- gen. thermostaat lager is dan de omgevingstemperatuur. Controleer of de temperatuurvoelers juist zijn Diswitches op interface koeling niet juist ingesteld. aangesloten.
Hoofdstuk 8 Storing 8.6 Blokschema regeling en beveiliging Start Reset Systeemventilator Systeemventilator minimum staat stil luchthoeveelheid Warmte- Storing vraag? Stand Stand “2“ “1” Interne controle goed Uitblaas- temperatuur < 30°C Voorspoelen 30 seconden Systeemventilator Systeemventilator continu op moduleert maximum volgens uitblaas- ingestelde lucht- temperatuur hoeveelheid.
Het onderhoud voor de gebruiker blijft beperkt tot het periodiek Filtermelding op Brink eBus klokthermostaat: Op het display van de Brink eBus klokthermostaat zal na be- Afhankelijk van de stofproductie in de woning wordt in eerste paalde interval de melding “Filter” in beeld verschijnen.
Hoofdstuk 9 Onderhoud 9.2 Onderhoud door de installateur Het onderhoud door de installateur dient eenmaal per jaar plaats te vinden. Voor onderhoud zie onderstaand blokschema. Onderhoud Aanpassen - Voor instellen hoogstand zie §7.2 - Inspuiter controleren/schoonmaken - Luchtrestrictiedeksel controleren Opstellings- op lekkage ruimte veilig - Condensverzamelbak, rookgasventi-...
Hoofdstuk 11 Service 11.3 Servicesets Indien vervanging van een onderdeel nodig is, verdient het Ook is een serviceset (artikelcode 531063) leverbaar waarmee aanbeveling bij bestelling van deze serviceset de bijbehorende het mogelijk is om m.b.v. een computer de ingestelde waarde artikelcode op te geven, naast vermelding van het type lucht- af te lezen c.q.
2014/30/EU (EMC-richtlijn) 2009/125/EG 327 EU ErP richtlijn Brink Climate Systems B.V. staat er garant voor dat de Allure-luchtverwarmers worden vervaardigd uit hoogwaardige materialen en dat deze door de voortdurende kwaliteitscontrole aan de bovengenoemde richtlijnen voldoen. Het product is voorzien van het CE-label:...
Hoofdstuk 12 Productblad Productblad luchtverwarmingstoestellen Luchtverwarmingstoestel type B Luchtverwarmingstoestel type C Brink Climate Systems B.V. Luchtverwarmingstoestel type C Postbus 11 NL-7950 AA Staphorst Type brandstof Item Symbool Eenheid B-16 HR(D) B-25 HR(D) B-40-HR(D) Vermogen Vermogen Nominaal verwarming vermogen 16,0 25,0...
Pagina 73
Hoofdstuk 12 Recyclen Recyclen Bij de vervaardiging van dit toestel is gebruik gemaakt van duurzame materialen. De verpakkingsmaterialen dient u op verantwoorde wijze en conform de geldende overheidsbepalingen af te voeren. Allure 611945-Q aug. 2022...