2.3 OPSTELPLA ATS
Let er bij het plaatsen / de installatie van ebios-fire op dat het apparaat
niet in de buurt van de instraling van sterke warmtebronnen (verwarmingen,
haardovens enz.) of in vertrekken met een hoge temperatuurbelasting (bijv.
sauna) wordt neergezet.
Een externe verwarming van het ethanolvuur als de haard niet in gebruik
is, kan ertoe leiden dat de brandstof in de tank via de brandergoot vrijkomt
en in het veiligheidsreservoir terechtkomt. In dat geval moet de brander
verwijderd en het veiligheidsreservoir geleegd worden voordat ebios-fire
wordt aangestoken.
Uw ebios-fire mag niet geplaatst worden:
• in trappenhuizen, behalve in woongebouwen met niet meer dan twee
wooneenheden;
• in algemeen toegankelijke gangen;
• in garages;
• buitenshuis;
• in vertrekken waarin licht ontvlambare of explosieve stoffen of mengsels
worden verwerkt, bewaard of geproduceerd in zodanige hoeveelheden
dat door een ontsteking of explosie gevaar zou ontstaan;
• in onvoldoende geventileerde vertrekken;
• in openbaar toegankelijke gedeeltes zonder toezicht;
• in omgevingen die niet beschermd zijn tegen dwarsventilatie;
• op tafels, meubelen, stellages enz.
2.4 PLA ATSING / MONTAGE
De ebios-haarden Chelsea & Kensington zijn gebruiksklare apparaten voor
montage in een individuele haardbekleding (niet-brandbare materialen). Bij
individueel gemaakte stookplaatsen met de ebios-haarden is er geen afvoer
van verbrandingsgas noodzakelijk.
Het meubelstuk resp. de haardbekleding met de ebios-haard moet horizon-
taal uitgelijnd en tegen kantelen beveiligd worden. Neem de veiligheidsaf-
standen tot brandbare onderdelen in acht. Ventilatieopeningen mogen niet
gesloten worden.
De haarden mogen alleen in inbouwnissen met voldoende draagkracht
geplaatst worden. Bij onvoldoende draagkracht moeten er geschikte maat-
regelen (bijv. plaat voor de lastverdeling) genomen worden om de vereiste
draagkracht te bereiken.
Principieel zijn alle wijzigingen aan de constructie van de ebios-haard
VERBODEN!
2.5 ALGEMENE A ANWIJZINGEN VOOR DE INBOUW IN
EEN INDIVIDUELE NIS
• Bij de constructie van het individueel vervaardigde meubelstuk moeten
alle minimumafstanden en inbouwmaten aangehouden worden.
• De inbouwnis moet voldoende draagvermogen hebben.
• De ebios-haard moet horizontaal uitgelijnd worden.
• De inbouwhaarden moeten stevig aan de muur of in de vloer veran-
kerd en tegen onbedoeld verschuiven, omvallen en/of optillen beveiligd
worden. Hiervoor moet geschikt bevestigingsmateriaal gekozen worden.
• De inbouw in een individuele nis uit hout is alleen tot een corpuslengte
van 1000 mm toegestaan. Een bekleding van de inbouwnis met calcium-
silicaatplaten van 40 mm is altijd absoluut noodzakelijk.
• Alle luchttoevoer- en ventilatieopeningen moeten vrij blijven en mogen
niet geblokkeerd worden omdat er anders warmtestuwing kan ontstaan.
Brandgevaar!
• Rond de volledige constructie en tussen afschermkap en in-bouwwand
moet een vrije ruimte van 10 mm gegarandeerd zijn. Aan de achterkant
moet een vrije ruimte van 20 mm voorzien worden (zie daarvoor ook
montageschema afb. 1).
NL 6