Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Inbedrijfstelling, Ijking En Werking Van De Brander; Aantekeningen Over De Veiligheid Bij De Eerste Inbedrijfstelling; Afstellingen Vóór De Ontsteking; Servomotor - Riello RS 45/M BLU Handleiding Voor Installatie, Gebruik En Onderhoud

Gasventilatorbranders
Inhoudsopgave

Advertenties

6

Inbedrijfstelling, ijking en werking van de brander

6.1

Aantekeningen over de veiligheid bij de eerste inbedrijfstelling

De eerste inbedrijfstelling van de brander moet
uitgevoerd worden door bevoegd personeel vol-
gens de uitleg in deze handleiding en conform de
OPGELET
van kracht zijnde normen en wetsbepalingen.
6.2
Afstellingen vóór de ontsteking
De regeling van de branderkop, gas en lucht, wordt al beschre-
ven in de paragraaf "Afstelling van de branderkop" op pag. 17.
Andere nog uit te voeren afstellingen zijn:
➤ open de manuele ventielen die vóór de gasstraat geplaatst
zijn.
➤ Stel de minimum gasdrukschakelaar af op het schaalbegin
(Afb. 30).
➤ Stel de luchtdrukschakelaar af op het schaalbegin (Afb. 28).
➤ Ontlucht de gasleiding. Het wordt aangeraden om de ont-
snapte lucht met een plastic slang buiten het gebouw te
brengen tot men het gas ruikt.
➤ Monteer een U-vormige manometer (Afb. 23) op het gas-
drukafnamepunt van de mof. Dit dient om het maximumver-
mogen van de brander bij benadering te meten door middel
van de tabellen Tab. H op pag. 20.
➤ Parallel aan de elektromagnetische kleppen VR en VS twee
lampjes of testers aansluiten om het juiste moment te zien
waarop ze onder spanning komen. Deze handeling is niet
nodig als beide elektromagnetische kleppen voorzien zijn
van een controlelampje dat de elektrische spanning aan-
geeft.
6.3

Servomotor

De servomotor (Afb. 24) regelt tegelijkertijd de luchtklep door
middel van de nok met variabel profiel en de gassmoorklep.
De rotatiehoek op de servomotor is gelijk aan de hoek op de ge-
gradueerde sector van de smoorklep.
De servomotor draait 90° in 24 s.
De vier nokken zijn voorafgesteld in de fabriek.
controleer alleen of ze afgesteld zijn zoals hieron-
der aangegeven wordt.
OPGELET
Nok I: 90°
Beperkt de rotatie naar het maximum.
Wanneer de brander aan het maximum vermogen werkt, moet de
gassmoorklep helemaal open zijn: 90°.
Nok II: 0°
Beperkt de rotatie naar het minimum.
Als de brander niet werkt, moeten de luchtklep en de gassmoor-
klep gesloten zijn: 0°.
Nok III: 20°
Regelt de positie van ontsteking en minimumvermogen.
Nok IV: zit vast op nok III.
2916309
Inbedrijfstelling, ijking en werking van de brander
Controleer of de mechanismen voor regeling, be-
diening en veiligheid correct functioneren.
OPGELET
Voordat de brander wordt aangeschakeld, wordt
aanbevolen de gasstraat zodanig af te stellen dat
de ontsteking plaatsvindt in optimale veiligheids-
omstandigheden en dus met een zeer zwak gas-
VOORZICHTIG
debiet.
D789
D790
24
NL
Afb. 23
Afb. 24

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

3897304389730638973053897307

Inhoudsopgave