5.8
Afstelling van de branderkop
Op dit punt van de installatie zijn de monding en de mof aan de
ketel bevestigd zoals in Afb. 13.
Het is dus zeer makkelijk om de branderkop af te stellen; de af-
stelling hangt enkel af van het maximum vermogen van de bran-
der.
Daarom moet vóór de afstelling van de branderkop deze waarde
bepaald worden.
Er zijn drie regelingen op de kop voorzien:
–
die van de buitenlucht R1;
–
die van de centrale lucht R2;
–
die van het gas R3.
Zoek in het diagram (Afb. 14) het merkteken waarop u zowel de
lucht als het gas op afstelt:
Afstelling van de buitenlucht R1
➤ Draai de schroef 4)(Afb. 13) tot het gevonden merkteken
samenvalt met het voorste vlak 5) van de flens.
Afstelling van gas R3
➤ Los de schroeven 1) en 4)(Afb. 13) en draai de ringmoer 2)
tot het gevonden merkteken samenvalt met de index 3).
Afstelling van de centrale lucht R2
➤ Draai de verdeler 5)(Afb. 13) tot het gevonden merkteken
samenvalt met de schroef 4).
➤ Blokkeer de schroeven 1) en 4).
Voorbeeld
Vermogen brander = 400 kW.
Uit het diagram (Afb. 14) blijkt dat voor deze potentialiteit de af-
stellingen als volgt zijn:
–
buitenlucht: R1 = merkteken 5,3;
–
centrale lucht: R2 = merkteken 2,7;
–
gas: R3 = merkteken 0,7.
De aangeduide regelingen kunnen tijdens de in-
bedrijfstelling gewijzigd worden.
OPGELET
D1080
Installatie
D1083
Aantal merktekens
7
17
NL
Max vermogen brander
Afb. 12
Afb. 13
S8877
Afb. 14
2916309