Regelparameters en functies
9.2
STOP/START-toets
Door te drukken op de
onafhankelijk van het huidige weergegeven menu worden bediend. De [STOP]-toe‐
stand wordt echter alleen in de basisweergave weergegeven.
OPERATION
1.20
27.1 °C
Afb. 30:
-toets
Bij het voor het eerst inschakelen bevindt de regelaar zich in de
Bij bepaalde fouttoestanden schakelt de regelaar over op de
ling is dan uit (= 0 % aanstuurgrootheid).
Om de door een fout ontstane bedrijfstoestand
via het drukken op de
[STOP] de melding [ERROR STOP] weergegeven.
ding
Door te drukken op de
[STOP] . Na nogmaals drukken op de
bedrijfstoestand
[STOP] -toestand moet de regelaar handmatig worden gestart door te drukken op
In de
de
-toets.
Een [STOP] van de regelaar heeft het volgende effect:
Regeling wordt gestopt
n
Het P-relais in werking als grenswaarderelais of als PBM-relais wordt naar de
n
stroomloze toestand geschakeld
Het P-relais in werking als alarmrelais trekt aan (geen alarm)
n
Het opnieuw opstarten van de regelaar heeft het volgende effect:
Wanneer er sprake is geweest van een
n
opnieuw inschakelen handmatig worden gestart.
De foutdetectie begint van voren af aan en alle eerdere fouten worden verwijderd
n
70
-toets wordt de regeling gestart/gestopt. De
1.20
0%
LIMIT ↓
-toets te kunnen onderscheiden, wordt in plaats van de aandui‐
-toets gaat de bedrijfstoestand
STOP
1.20
27.1 °C
[STOP] -toestand. De rege‐
[STOP] van de bedrijfstoestand [STOP]
[ERROR STOP] over in de
-toets start de regelaar weer.
[STOP] -toestand moet de regelaar na het
-toets kan
1.20
0%
LIMIT ↓
[STOP] -toestand.
A0277