Installatie
Bij inbouw van meerdere
SmartLine-elementen
De voegen tussen de afzonderlijke
SmartLine-elementen moeten met een
temperatuurbestendige (min. 160 °C) si-
liconenkit worden gevuld. Bij naadloos
aansluitende inbouw moet ook de voeg
tussen het/de SmartLine-element(en) en
het werkblad met een temperatuurbe-
stendige (min. 160 °C) siliconenkit wor-
den gevuld.
De elementen moeten na de inbouw
van onderaf goed toegankelijk zijn, zo-
dat de onderkant van de apparaten
voor onderhoudsdoeleinden kan wor-
den verwijderd. Als de apparaten niet
van onderaf toegankelijk zijn, moet de
voegenkit bij onderhoudswerkzaamhe-
den worden verwijderd om de appara-
ten te kunnen verwijderen.
Combinatie met werkbladafzuiging
Als het SmartLine-element in combina-
tie met werkbladafzuiging wordt inge-
bouwd, moet eerst de werkbladafzui-
ging worden ingebouwd.
Inductiewok naast werkbladafzuiging
De inductiewok kan uitsluitend worden
ingebouwd aan de tegenover het aan-
sluitstuk liggende kant van de werk-
bladafzuiging.
62