6 Installatie
6.5.6
Aanvullende richtlijnen
6.5.7
Lucht-/rookgasadapter
40
Installatie
Voor de installatie van het rookgasafvoer- en luchttoevoermateriaal
wordt verwezen naar de voorschriften van de fabrikant van het
betreffende materiaal. Controleer na montage tenminste alle
rookgasvoerende en luchtvoerende delen op dichtheid.
Waarschuwing
Het niet volgens de voorschriften installeren van de
rookgasafvoer- en luchttoevoermaterialen (niet lekdicht, niet
correct gebeugeld, et cetera), kan tot gevaarlijke situaties leiden
en/of lichamelijk letsel tot gevolg hebben.
Zorg voor voldoende afschot van de rookgasafvoerleiding richting de
ketel (minimaal 50 mm per meter) en voor voldoende condensopvang
en afvoer (minimaal 1 m voor de uitmonding van de ketel). De
toegepaste bochten moeten groter zijn dan 90° om afschot en een
goede afdichting op de lippenringen te waarborgen.
Condensatie
Directe aansluiting van de rookgasafvoer op bouwkundige kanalen is
niet toegestaan in verband met condensatie.
Wanneer er in de rookgasafvoerleiding condens uit een kunststof of
roestvast stalen leidingdeel terug kan stromen naar een aluminium deel,
dan dient dit condens via een opvanginrichting afgevoerd te worden,
voordat dit het aluminium bereikt.
(overeenkomstig NPR 3378)
Nieuw geïnstalleerde aluminium rookgasleidingen met grotere lengtes
kunnen relatief grotere hoeveelheden corrosieproducten produceren.
Controleer en reinig de sifon in dat geval vaker.
Belangrijk
Neem contact met ons op voor meer informatie.
De ketel heeft standaard een voorgemonteerde rookgasafvoer- /
luchttoevoeradapter. Tijdens installatie kan worden gekozen voor een
open of gesloten uitvoering.
7686327 - v.07 - 09122021