Samenvatting van Inhoud voor REMEHA Calenta Ace 15s
Pagina 1
België Deutsche Anleitung auf Anfrage erhältlich Installatie- en servicehandleiding Hoog rendement gaswandketel Calenta Ace 15s - 25s - 28c - 35s - 40c...
Pagina 2
Geachte klant, Dank u voor de aanschaf van dit apparaat. Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u het product gebruikt en bewaar deze op een veilige plaats voor toekomstig gebruik. Om te zorgen voor een voortdurende veilige en goede werking, raden wij aan het product regelmatig te laten onderhouden.
1 Veiligheid Veiligheid Algemene veiligheidsinstructies Gevaar Indien u gas ruikt: 1. Gebruik geen vuur, rook niet, gebruik geen elektrische contacten of schakelaars (bel, verlichting, motor, lift, etc.). 2. Sluit de gasaanvoer af. 3. Open de ramen. 4. Spoor mogelijke lekkages op en dicht deze onmiddellijk af.
Vervang beschadigde of onleesbare instructie- en waarschuwingsstickers onmiddellijk. Belangrijk Wijzigingen in de ketel mogen alleen uitgevoerd worden na schriftelijke toestemming van Remeha. 7688047 - v.03 - 12042019...
1 Veiligheid Aansprakelijkheden 1.3.1 Aansprakelijkheid van de fabrikant Onze producten worden vervaardigd volgens de eisen van de verschillende van toepassing zijnde richtlijnen. Ze worden daarom afgeleverd met de -markering en eventueel noodzakelijke documenten. In het belang van de kwaliteit van onze producten brengen wij doorlopend verbeteringen aan.
Pagina 9
1 Veiligheid Laat de benodigde inspecties en onderhoud uitvoeren door een erkend installateur. Bewaar de handleidingen in goede staat en in de buurt van het apparaat. 7688047 - v.03 - 12042019...
2 Over deze handleiding Over deze handleiding Algemeen Deze handleiding is bestemd voor de installateur van een Calenta Ace ketel. Belangrijk De handleiding is ook beschikbaar op onze internetsite. Aanvullende documentatie Naast deze handleiding is de volgende documentatie beschikbaar: Gebruikershandleiding Gebruikte symbolen 2.3.1 In de handleiding gebruikte symbolen...
3 Technische specificaties Technische specificaties Goedkeuringen 3.1.1 Certificeringen Tab.1 Certificeringen CE-identificatienummer PIN 0063CR3604 NOx-klasse Type rookgasaansluiting (10)3 (12)3 (1) EN 15502–1 (2) Als een ketel wordt geïnstalleerd met een verbinding van het type B dan wordt de IP-codering van de ketel verlaagd tot IP20. 3.1.2 Toestelcategorieën Tab.2...
Pagina 14
3 Technische specificaties Tab.8 Gegevens overige Calenta Ace Minimaal montagegewicht Totaal gewicht (leeg) Gemiddeld geluidsniveau op een dB(A) afstand van 1 meter van de ketel (CV-bedrijf) Gemiddeld geluidsniveau op een dB(A) — afstand van 1 meter van de ketel (SWW-bedrijf) (1) Zonder frontmantel.
3 Technische specificaties Calenta Ace Dagelijks brandstofverbruik 22,045 27,713 fuel Jaarlijks brandstofverbruik (1) Lage temperatuur betekent voor verwarmingsketels met rookgascondensor een temperatuur van 30°C, voor lagetemperatuurketels 37°C en voor andere verwarmingstoestellen 50°C (bij de inlaat van het verwarmingstoestel). (2) Werking op hoge temperatuur betekent een retourtemperatuur van 60 °C bij de inlaat van het verwarmingstoestel en een toevoertempe ratuur van 80 °C bij de uitlaat van het verwarmingstoestel.
Vereenvoudigde installatie en aansluiting door het met het apparaat meegeleverde montageframe. De volgende keteltypes zijn leverbaar: Type Functie Calenta Ace 15s Uitsluitend verwarming (Mogelijkheid tot pro Calenta Ace 25s ductie van sanitair warm water door een sepa Calenta Ace 35s raat geïnstalleerd warmwatertoestel).
Pagina 24
4 Beschrijving van het product Aansluitset bestaande uit wartels en knelringen Condensafvoerslang voor sifon en veiligheidsventiel Condensverzamelbak Blinddoppen voor het afdichten van de leidingen voor het secundaire verwarmingscircuit, indien hier geen gebruik van wordt gemaakt. Documentatie Montagesjabloon Sticker: Ingesteld voor... Deze handleiding behandelt alleen de standaard leveringsomvang.
5 Voor de installatie Voor de installatie Installatievoorschriften Waarschuwing De installatie van de ketel moet door een erkend installateur worden uitgevoerd volgens de plaatselijk en nationaal geldende regelgeving. Locatiekeuze 5.2.1 Typeplaat Afb.13 Positie typeplaat De typeplaat boven op de ketel vermeldt het ketelserienummer en belangrijke ketelspecificaties, zoals de uitvoering en gascategorie.
5 Voor de installatie 5.2.3 Ventilatie Afb.15 Ruimte voor ventilatie (1) Afstand tussen de voorkant van de ketel en de binnenwand van de kast. (2) Afstand aan beide zijden van de ketel. n . 5 Wordt de ketel in een gesloten kast geïnstalleerd, dan moeten de aangegeven minimum maten in acht worden genomen.
6 Installatie Installatie Algemeen Waarschuwing De installatie van de ketel moet door een erkend installateur worden uitgevoerd volgens de plaatselijk en nationaal geldende regelgeving. Voorbereiding 6.2.1 Ophangen montageframe Afb.16 Ophangen montageframe De ketel wordt geleverd met een montage sjabloon. Ga voor het ophangen van het montageframe als volgt te werk: 1.
6 Installatie 6.2.2 Positionering van de ketel Afb.17 Verwijderen bescherming ketel 1. Verwijder de zwarte beschermrand aan de onderkant van de ketel. 2. Verwijder de stofdoppen van alle hydraulische in- en uitgangen van de ketel. Opgelet De kraan van de bijvulinrichting moet gesloten zijn. AD-0001380-02 Afb.18 Plaatsen pakkingringen...
6 Installatie Wateraansluitingen 6.3.1 Doorspoelen van de installatie Voordat een nieuwe ketel op een bestaande of nieuwe installatie kan worden aangesloten, moet de gehele installatie grondig worden gereinigd en doorgespoeld. Dit is van essentieel belang. Hierdoor worden resten van het installeren (lasslakken, fitmiddelen, etc.) en opgehoopt vuil (slib, slijk etc.) verwijderd.
6 Installatie Opgelet Volg bij gebruik van kunststof leidingen de (aansluit) aanwijzingen van de fabrikant op. Voer eventuele laswerkzaamheden uit op voldoende afstand van de ketel of voordat de ketel opgehangen wordt. 6.3.5 Aansluiten van het secundaire verwarmingscircuit (alleen bij dubbel soloketel) Afb.22 Aansluiten secundaire 1.
6 Installatie Tab.12 Volume van het expansievat (liters) Voordruk van het expansievat Volume van de installatie (liters) > 300 0,5 bar 12,0 14,4 Inhoud van de installatie x 0,048 1 bar 10,0 14,0 16,0 20,0 24,0 Inhoud van de installatie x 0,080 12,0 1,5 bar 13,3...
6 Installatie 3. Monteer de gasleiding op de gaskraan. Belangrijk De gasinstallatie en -aansluiting van de ketel moeten uitgevoerd worden door een hiertoe bevoegde vakman overeenkomstig de aanwijzingen van de normen NBN D 51.003, NBN D 30.003, NBN B 61.001, NBN B 61.002 en NBN D 51.006. Er moet zich een stopkraan met KVBG-goedkeuring bevinden in de leiding stroomopwaarts en in nabijheid van de ketel.
Pagina 33
Toegestane fabrikanten Gesloten uitvoering Geveldoorvoer en aansluitma teriaal: Uitmonding in de gevel. Luchttoevoeropening ligt in hetzelfde drukgebied als de uit Remeha, te combineren met monding (bijvoorbeeld een gecombineerde geveldoorvoer). aansluitmateriaal van Mue Parallelle geveldoorvoer niet toegestaan. link & Grol Cox Geelen Muelink &...
Pagina 34
6 Installatie Tab.17 Type rookgasaansluiting: C Principe Beschrijving Toegestane fabrikanten Aansluiting in verschillende drukgebieden Aansluitmateriaal en dakdoor voer: Gesloten toestel. Separaat luchttoevoerkanaal. Centrotherm Separaat rookgasafvoerkanaal. Cox Geelen Uitmondend in verschillende drukvlakken. Muelink & Grol Luchttoevoer en rookgasafvoer mogen niet in tegenoverlig Natalini gende gevels worden geplaatst.
6 Installatie Tab.20 Type rookgasaansluiting: C (10)3 Principe Beschrijving Toegestane fabrikanten Gecombineerd luchttoevoer- en rookgasafvoersysteem (collec Aansluitmateriaal tot aan het tief lucht/rookgassysteem) met overdruk gemeenschappelijk kanaal: Minimaal toegestaan drukverschil tussen luchttoevoer en rook Centrotherm gasafvoer is -200 Pa (inclusief -100 Pa winddruk). Cox Geelen Het kanaal dient ontworpen te zijn voor een nominale rookgas...
6 Installatie Afb.27 Voorbeelden tekenreeks 1 EN 14471 of EN 1856–1: Het materiaal is CE-gekeurd volgens deze norm. Voor kunststof is dit EN 14471, Voor aluminium en roestvast staal is dit EN 1856-1. 2 T120: Het materiaal heeft temperatuurklasse T120. Een hoger EN 14471 - T120 P1 W 1 O50 LI E U0 getal is ook toegestaan, lager niet.
Deze mogen niet worden verkleind of afgesloten. Tab.24 Maximale schoorsteenlengte (L) Diameter 60 mm 70 mm 80 mm 90 mm Calenta Ace 15s 33 m 40 m 40 m 40 m Calenta Ace 25s 19 m 35 m 40 m...
Pagina 38
Neem contact met ons op voor toepassingen in het kustgebied. Tab.26 Maximale schoorsteenlengte (L) Diameter 60 mm 70 mm 80 mm 90 mm Calenta Ace 15s 19 m 40 m 40 m 40 m Calenta Ace 25s 12 m 25 m...
36 m. AD-0001212-01 Tab.28 Maximale schoorsteenlengte (L) Diameter 60/100 mm 80/125 mm 22 m Calenta Ace 15s 40 m 12 m Calenta Ace 25s 40 m Calenta Ace 28c 12 m 40 m Calenta Ace 35s...
6 Installatie toegepaste bochten moeten groter zijn dan 90° om afschot en een goede afdichting op de lippenringen te waarborgen. Condensatie Directe aansluiting van de rookgasafvoer op bouwkundige kanalen is niet toegestaan in verband met condensatie. Wanneer er in de rookgasafvoerleiding condens uit een kunststof of roestvast stalen leidingdeel terug kan stromen naar een aluminium deel, dan dient dit condens via een opvanginrichting afgevoerd te worden, voordat dit het aluminium bereikt.
Op de ketel zit naast het bedieningspaneel een service-aansluiting voor een PC/laptop. Opgelet Bestel een vervangend netsnoer altijd bij Remeha. De voedingskabel mag alleen door Remeha of een door Remeha gecertificeerde installateur vervangen worden. De stekker van de ketel moet altijd bereikbaar zijn. Belangrijk Alle externe aansluitingen kunnen op de aansluitprint CB-03 (laagspanning) worden uitgevoerd.
6 Installatie 6.6.4 Toegang tot de aansluitconnectoren Afb.35 Toegang tot de aansluitconnectoren De instrumentenbox bevat de CB-03 aansluitprint met de X03 connector. De diverse aansluitmogelijkheden voor regelaars en thermostaten worden in de volgende paragrafen toegelicht. Toegang tot de aansluitconnectoren: 1. Open de klep in de instrumentenbox door de clipsluiting aan de zijkant te openen.
Pagina 43
6 Installatie Vorstbeveiliging in combinatie met aan/uit thermostaat Bij toepassing van een aan/uit thermostaat kunnen de leidingen en radiatoren in een vorstgevoelige ruimte beveiligd worden met een vorstthermostaat. De radiatorkraan in de vorstgevoelige ruimte moet open staan. Afb.38 Aansluiten vorstthermostaat Tk aan/uit thermostaat Tv Vorstthermostaat 1.
Pagina 44
6 Installatie Aansluiten boilersensor/-thermostaat Op de klemmen Tdhw van de aansluitconnector kan een boilersensor of boilerthermostaat worden aangesloten. Gebruik alleen NTC 10 kΩ/25°C sensoren. Afb.41 Aansluiten boilersensor/- 1. Sluit de twee-aderige kabel aan op de klemmen Tdhw van de thermostaat aansluitconnector.
6 Installatie Opgelet Alleen geschikt voor potentiaalvrije contacten. 6.6.6 Toegang tot de behuizing voor de besturingsprints Afb.44 Toegang tot de besturingsprint 1. Draai de twee schroeven aan de onderzijde van de frontmantel een kwartslag los. 2. Verwijder de frontmantel. 3. Kantel de instrumentenbox naar voren door de klipsluitingen aan de zijkanten te openen.
Pagina 46
6 Installatie 1 Buitentemperatuursensor 13 Sanitair-warmwatersensor 2 Programmeerbare en 0-10 V ingang 14 Debietsensor - circuit C 3 Kamertemperatuursensor - circuit C 15 Debietsensor - circuit B 4 Kamertemperatuursensor - circuit B 16 Debietsensor - circuit A 5 Kamertemperatuursensor - circuit A 17 Corrosiebeschermingsanode 6 Sanitair warmwaterboilerpomp 18 ConnectorenMod-BUS...
Pagina 47
6 Installatie Afb.46 Mengklepconnectors Sluit de mengklep als volgt aan: Aarde N Nulleider Openen Sluiten AD-4000002-01 Aansluiten pomp met beveiligingsthermostaat Aansluiten van een pomp met een beveiligingsthermostaat, bijvoorbeeld voor vloerverwarming. Het maximum opgenomen pompvermogen is 300 Afb.47 Pomp met beveiligingsthermostaat Sluit de pomp en de beveiligingsthermostaat als volgt aan: connector Aarde...
6 Installatie Aansluiten externe ruimtethermostaat Afb.51 R-bus connectoren Aansluiten van externe ruimtethermostaten per groep (zone). De contacten werken met een aan/uit-thermostaat, een ruimtethermostaat, een OpenTherm regelaar of een OpenTherm Smart Power regelaar. R-Bus R-Bus R-Bus AD-4000003-01 Aansluiten systeemsensoren Afb.52 Systeemsensor connectoren Aansluiten van de systeemsensoren (NTC 10 kOhm/25°C) voor circuits (zones).
6 Installatie Symbool Verklaring Vloerverwarming Vloerverwarming verdeler Heteluchtverwarmer Zwembad (1) Gemonteerd in sanitair warm water voorraadtank. 6.7.2 In de fabriek ingestelde circuits In de fabriek worden de verschillende circuits ingesteld zoals afgebeeld in de tabel. U kunt deze configuratie wijzigen en aanpassen aan de behoeften van uw installatie.
6 Installatie Tab.36 Installatie setup > CU-GH08 > Sww-boiler > Parameters, tellers, signalen > Parameters Code Displaytekst Beschrijving Bereik Afstelling DP007 Standby stand 3wk Stand van driewegklep tijdens 0 = CV standby 1 = Warmwater Voor de getoonde hydraulische aansluitingen, waarbij sommige parameters moeten worden aangepast, zijn de parameterinstellingen ingedeeld op drie niveaus: 1.
6 Installatie Belangrijk Alle fabrieksinstellingen van de ketel en SCB-10 zijn geschikt voor deze aansluiting. 6.7.5 Aansluiting 1 directe zone + warmwaterzone Afb.57 1 ketel + 1 directe zone + warmwaterzone AD-3001069-01 L-BUS SCB-10 S-BUS Status 0-10V T out R-Bus R-Bus R-Bus X131...
6 Installatie Opgelet Als de tank is uitgerust met een Titan Active System® corrosiebeschermingsanode, sluit u deze anode aan op de inlaat (+ TA op de anode, - op de tank). Als de tank niet is uitgerust met een corrosiebeschermingsanode, in plaats ervan sluit u de simulatieconnector aan (meegeleverd bij de warmwatersensor als accessoire).
Pagina 54
6 Installatie A Ketel D Open verdeler B Directe zone - CircA1 C (SWW) sanitair-warmwaterzone - CircB1 (met elektrisch verwarmingselement) Opgelet Het elektrische verwarmingselement moet worden aangesloten op een afzonderlijk relais en veiligheidsthermostaat. Tab.37 Installatie setup > SCB-10 > CIRCB 1 ( Elektrische SWW tank ) > Parameters, tellers, signalen > Parameters Code Displaytekst Beschrijving...
6 Installatie Opgelet Als de tank is uitgerust met een Titan Active System® corrosiebeschermingsanode, sluit u deze anode aan op de inlaat (+ TA op de anode, - op de tank). Als de tank niet is uitgerust met een corrosiebeschermingsanode, in plaats ervan sluit u de simulatieconnector aan (meegeleverd bij de warmwatersensor als accessoire).
Pagina 57
6 Installatie Belangrijk Voor deze configuratie wordt er een extra print (accessoire AD249) op de SCB-10 print geplaatst. Tab.38 Installatie setup > SCB-10 > DHW1 (SWW gelaagde tank) > Parameters, tellers, signalen > Parameters Code Displaytekst Beschrijving Bereik Afstelling CP022 Groep,functie Type groep (menggroep, directe 0 = Uitgeschakeld...
6 Installatie 6.7.9 Aansluiting 1 LLH + 1 mengzone + 1 directe zone + zwembad + warmwaterzone Afb.61 1 ketel + 1 LLH + 1 mengzone + 1 directe zone + zwembad + warmwaterzone AD-3001074-01 L-BUS SCB-10 S-BUS Status 0-10V N L TS T out R-Bus...
Pagina 59
6 Installatie Opgelet Als de tank is uitgerust met een Titan Active System® corrosiebeschermingsanode, sluit u deze anode aan op de inlaat (+ TA op de anode, - op de tank). Als de tank niet is uitgerust met een corrosiebeschermingsanode, in plaats ervan sluit u de simulatieconnector aan (meegeleverd bij de warmwatersensor als accessoire).
6 Installatie 6.7.10 Aansluiting 1 LLH + 3 mengzones + warmwaterzone Afb.62 1 ketel + 1 LLH + 3 meng zones + warmwaterzone AD-3001075-01 L-BUS SCB-10 S-BUS Status 0-10V N L TS T out R-Bus R-Bus R-Bus X131 X136 CB-03 N L TS Tsyst Tsyst Tdhw Tflow Tflow Tflow R-Bus...
Pagina 61
6 Installatie Opgelet Als de tank is uitgerust met een Titan Active System® corrosiebeschermingsanode, sluit u deze anode aan op de inlaat (+ TA op de anode, - op de tank). Als de tank niet is uitgerust met een corrosiebeschermingsanode, in plaats ervan sluit u de simulatieconnector aan (meegeleverd bij de warmwatersensor als accessoire).
6 Installatie 6.7.13 Aansluiting 2 ketels (cascade) + LLH + 1 directe zone + 1 mengzone + warmwaterzone Afb.65 2 ketels (cascade) + LLH + 1 directe zone + 1 mengzone + warmwaterzone AD-3001078-01 L-BUS SCB-10 S-BUS Status 0-10V T out R-Bus R-Bus R-Bus...
Pagina 66
6 Installatie A Ketel (hoofd) A-B S-BUS kabelset B Ketel (volg) Ketel A: weerstand op SCB-10 connector X5, C Open verdeler kabel op SCB-10 connector X4 D Directe zone - CircA1 (Ketel A) Ketel B: weerstand op SCB-10 connector X5, E Mengzone - CircB1 (Ketel B) kabel op SCB-10 connector X4 F Warmwaterzone - CircA1 (Ketel A)
6 Installatie Vullen van de installatie Dit hoofstuk beschrijft het vullen van een lege CV-installatie (< 0,3 bar) na het installeren van de ketel. Het bijvullen van een CV-installatie met een te lage waterdruk wordt beschreven in een apart hoofdstuk. Bijvullen van de installatie, pagina 113 Afb.66 Automatische bijvulinrichting...
6 Installatie Afb.68 AUTO stand 2. Controleer en wijzig, indien nodig, de volgende instellingen van de ketel: 2.1. De automatische bijvulinrichting moet in de stand AUTO staan. 2.2. De kranen van het montageframe moeten geopend zijn. 2.3. De automatische bijvulinrichting is ingesteld op semi- automatisch (handbediend) bijvullen.
Pagina 69
6 Installatie Automatisch vullen Afb.69 Automatisch vullen A AP006 : De mininale waterdruk voor het geven van een waterdrukmelding B AP070 : De maximaal toegestane waterdruk voor de CV-installatie C AP023 : De maximale tijdsduur voor het vullen van een lege installatie tot 0,3 bar D AP071 : De maximale tijdsduur voor het vullen van de installatie tot AD-3000943-02...
7 Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling Controlelijst vóór inbedrijfstelling 7.1.1 Algemeen Volg de stappen uit de volgende paragrafen voor de inbedrijfstelling van de ketel. Waarschuwing Stel de ketel niet in bedrijf als de aangeboden gassoort niet overeenkomt met de toegestane gassoorten. 7.1.2 Gascircuit Afb.71 Gasblok meetpunten Waarschuwing...
7 Inbedrijfstelling 7.1.5 Elektrische aansluitingen 1. Controleer de elektrische aansluitingen. Inbedrijfstellingsprocedure Waarschuwing De eerste inbedrijfstelling moet worden uitgevoerd door een erkend installateur. Bij gebruik van een ander type gas, bijv. propaan, moet het gasblok aangepast worden voordat de ketel aangezet wordt. Belangrijk Wanneer de ketel voor het eerst wordt gestookt, kan de ketel gedurende korte tijd enige geur afgeven.
Het is alleen toegestaan de apparatuur en de instellingen te controleren. De hierna beschreven handelingen moeten door een monteur van Remeha Service worden uitgevoerd. De fabrieksinstelling van de ketel is voor werking op de aardgasgroepen G20 (H-gas) en G25 (L-gas).
7 Inbedrijfstelling 2. Stel het toerental van de ventilator af zoals aangegeven in de tabel (indien nodig). De instelling kan met een parameterinstelling gewijzigd worden. Tab.54 Aanpassing aan gassoort G31 (Propaan) Code Displaytekst Beschrijving Instelbereik DP003 Max. rpm. vent Max. ventilatortoerental voor 1000 Rpm –...
7 Inbedrijfstelling 7.3.3 Controle en instelling van de verbranding Afb.73 Rookgasmeetpunt 1. Schroef de dop van het rookgasmeetpunt los. 2. Steek de meetsensor van de rookgasanalysator in de meetopening. Waarschuwing Dicht de opening rond de meetsensor tijdens de meting goed af. Belangrijk De rookgasanalysator moet een minimale nauwkeurigheid hebben van ±0,25% O...
Pagina 75
7 Inbedrijfstelling Controle-/instelwaarden O bij vollast Tab.58 Controle-/instelwaarden O bij vollast voor G20 (H-gas) Waarden bij vollast voor G20 (H-gas) Calenta Ace 15s 4,7 - 5,2 Calenta Ace 25s 3,7 - 4,3 Calenta Ace 28c 3,8 - 4,3 Calenta Ace 35s...
Pagina 76
5. Breng de ketel in de normale bedrijfstoestand terug. AD-0000321-02 Controle-/instelwaarden O bij laaglast Tab.61 Controle-/instelwaarden O bij laaglast voor G20 (H-gas) Waarden bij laaglast voor G20 (H-gas) Calenta Ace 15s - 6,3 Calenta Ace 25s - 5,4 Calenta Ace 28c - 5,4 Calenta Ace 35s - 6,6...
Gassoort G20 (H-gas) G25 (L-gas) G31 (pro paan) AD-3001175-01 Calenta Ace 15s Calenta Ace 25s Calenta Ace 28c Calenta Ace 35s Calenta Ace 40c Wanneer het toestel niet direct start, draai dan de afstelschroef A één extra slag tegen de klok in.
7 Inbedrijfstelling 5. Warm de CV-installatie op tot ongeveer 70°C. 6. Schakel de ketel uit. 7. Ontlucht de CV-installatie na circa 10 minuten. 8. Zet de ketel aan. 9. Controleer de waterdruk. Indien nodig: vul de CV-installatie bij. Afb.81 Voorbeeld ingevulde sticker 10.
8 Werking Werking Beschrijving van het bedieningspaneel 8.1.1 Beschrijving van de componenten Afb.82 Componenten van het 1 Draaiknop om een pictogram, menu of instelling te selecteren bedieningspaneel 2 Knop om de selectie te bevestigen 3 Terugknop om terug te keren naar het vorige niveau of het vorige menu 4 Menuknop om terug te keren naar het hoofdmenu...
Pagina 80
8 Werking Afb.84 Opties van het hoofdmenu A Datum en tijd | naam van het scherm (huidige positie in het menu) B Beschikbare menu's C Korte uitleg van het gekozen menu Tab.65 Beschikbare menu's voor de gebruiker Beschrijving Icoon Systeeminstellingen Versie-informatie Tab.66 Beschikbare menu's voor de installateur...
8 Werking 8.1.4 Definitie van zone Afb.85 Twee zones Zone is de term die gegeven wordt aan de diverse hydraulische circuits CIRCA, CIRCB etc. Het bepaalt diverse ruimtes in het huis die door hetzelfde circuit worden bediend. Tab.68 Voorbeeld van twee zones Zone Fabrieksnaam Zone 1...
8 Werking Tab.70 Display-instellingen Menu systeeminstellingen Instellingen Stel datum en tijd in Stel de huidige datum en tijd in Selecteer land en taal Selecteer uw land en taal Zomer/wintertijd Zomertijd in- of uitschakelen Installateursgegevens Voer de naam en het telefoonnummer van de installateur in Namen van de activiteiten voor Creëer de namen voor de activiteiten van het klokprogramma verwarming instellen...
8 Werking Voor meer informatie, zie Definitie van activiteit, pagina 81 8.2.5 De installateurgegevens instellen U kunt uw naam en telefoonnummer opslaan op het bedieningspaneel zodat deze door de gebruiker kunnen worden gelezen. 1. Druk op de toets 2. Selecteer Systeeminstellingen >...
8 Werking 3. Stel de parameter Autom vullen aan/uit in: Optie Beschrijving Uitgeschakeld De functie voor automatisch (bij)vullen wordt uitge schakeld Handmatig De installatie wordt na bevestiging door de gebrui ker bijgevuld als de waterdruk onder de minimum waterdruk is gezakt Auto De installatie wordt automatisch bijgevuld als de waterdruk onder de minimumwaterdruk is gezakt...
8 Werking Vorstbeveiliging Opgelet Tap de ketel en de CV-installatie af, als u voor langere tijd geen gebruik maakt van de woning of het gebouw en er kans is op vorst. De vorstbeveiliging werkt niet als de ketel buiten bedrijf is. De ingebouwde ketelbeveiliging werkt alleen voor de ketel en niet voor de installatie en radiatoren.
9 Instellingen Instellingen Parameters instellen U kunt de parameters en instellingen van het apparaat en de aangesloten schakelpanelen, sensoren enz. wijzigen om de installatie te configureren. 1. Druk op de toets 2. Selecteer > Installatie setup. 3. Selecteer de zone of het apparaat dat u wilt configureren. 4.
Pagina 87
9 Instellingen Tab.72 Fabrieksinstelling op gebruikersniveau Code Displaytekst Beschrijving Bereik Submenu AP016 CV-functie CV-functie activeren 0 - Uit Gasgesto aan/uit 1 - Aan apparaat AP017 SWW-functie Warm water functie 0 = Uit Gasgesto aan/uit activeren 1 = Aan apparaat AP073 Temp Buitentemperatuur voor 10 °C - 30 °C...
Pagina 89
9 Instellingen Tab.74 Fabrieksinstelling op installateursniveau Code Displaytekst Beschrijving Bereik Submenu AP001 Functie Geeft de functie van de 1 = Volledig Gasgesto blok.ingang blokkerende ingang weer. geblokkeerd 2 = Gedeelt. apparaat blokkering 3 = Resetvergr. gebruik. 4 = Backup vrijgegeven 5 = Warmtepomp ontlast 6 = WP &...
Pagina 90
9 Instellingen Code Displaytekst Beschrijving Bereik Submenu AP070 Bedrijfswater Niveau waterdruk tot waar 0 bar - 2,5 bar Automati druk automatisch wordt bijgevuld vullen AP071 Max vultijd Maximale tijd die nodig is 0 Sec - 3600 Sec Automati install om de complete installatie te vullen vullen AP079...
Pagina 92
9 Instellingen Tab.75 Navigatie voor geavanceerd installateursniveau Niveau Menupad Geavanceerde instal > Installatie setup > CU-GH08 > Submenu > Parameters, tellers, signalen > Parameters > latie Geavanceerde parameters (1) Zie de kolom "Submenu" in de volgende tabel voor de correcte navigatie. De parameters zijn in specifieke functies gegroepeerd. Tab.76 Fabrieksinstelling op installateursniveau Code...
De grafiek toont het gehele belastingbereik voor alle keteltypen. 1. Stel het toerental van de ventilator in zoals aangegeven in de tabel. Het toerental kan worden gewijzigd met parameter GP007 . Afb.90 Grafiek voor Calenta Ace 15s 1000 1500 2000...
9 Instellingen functie van de ingang uitgeschakeld. de ingang is gebaseerd op de temperatuur. de ingang is gebaseerd op het warmtevermogen Tab.80 knop > Installatie setup > SCB-10 > 0-10V ingang > Parameters Code Displaytekst Beschrijving Bereik EP014 0-10V ingang Selecteer de functie van de 0-10V ingang.
9 Instellingen Weergave van de gemeten waarden De besturingsautomaat registreert continu diverse waarden van de ketel en de aangesloten sensoren. Deze waarden kunnen worden uitgelezen op het bedieningspaneel van de ketel. 1. Druk op de toets 2. Selecteer > Installatie setup. 3.
9 Instellingen Code Displaytekst Beschrijving Bereik Submenu AC004 Brnd starts Aantal branderstarts sinds het laatste 0 - 4294967294 Gasgestookt onderhoud apparaat AC026 Aantal pomp uren Aantal pompuren 0 Uren - 65534 Uren Gasgestookt apparaat AC027 Aantal pomp Aantal pompstarts 0 - 65534 Gasgestookt starts apparaat...
Pagina 98
9 Instellingen Code Displaytekst Beschrijving Bereik Submenu AM016 T aanvoer Aanvoertemperatuur van het toestel. De -25 °C - 150 °C Warm water temperatuur van het water dat uit het toestel klokprogr komt. Gasgestookt apparaat AM018 T retour Retourtemperatuur van het toestel. De -25 °C - 150 °C Warm water temperatuur van het water dat het toestel...
Pagina 99
9 Instellingen Code Displaytekst Beschrijving Bereik Submenu AM101 Intern setpunt Intern aanvoertemperatuur setpunt 0 °C - 250 °C Gasgestookt apparaat DM005 T zonneboiler Gemeten temperatuur van het water in de -25 °C - 150 °C Warm water zonneboiler klokprogr DM008 SWW temp uit Warmwater temperatuur bij uitgang toestel -25 °C - 150 °C...
9 Instellingen Code Displaytekst Beschrijving Bereik Submenu GM012 Vrijgave ingang Vrijgavesignaal voor de CU 0 = Nee Gasgestookt 1 = Ja apparaat GM013 Blokkerende Blokkerende ingang status 0 = Open Gasgestookt ingang 1 = Gesloten apparaat 2 = Uit 9.6.3 Status en substatus De status en substatusmeldingen zijn alleen zichtbaar indien van toepassing.
9 Instellingen 9.7.3 De instellingen voor inbedrijfstelling herstellen Deze optie is alleen beschikbaar als de instellingen voor inbedrijfstelling zijn opgeslagen op het bedieningspaneel en maakt het voor u mogelijk om deze instellingen te herstellen. 1. Druk op de toets 2. Selecteer Geavanceerd servicemenu > Terug naar instellingen bij inbedrijfstelling.
10 Onderhoud 10 Onderhoud 10.1 Algemeen Voer de standaardcontrole- en onderhoudshandelingen één keer per jaar uit. Voer de specifieke onderhoudshandelingen uit, indien nodig. Opgelet Onderhoudswerkzaamheden moeten door een erkend installateur worden uitgevoerd. Vervang bij inspectie-of onderhoudswerkzaamheden altijd alle pakkingen van de gedemonteerde onderdelen. Vervang de defecte of versleten onderdelen door originele reserveonderdelen.
10 Onderhoud 10.2.4 Controle van de tapcapaciteit 1. Controleer de tapcapaciteit. 2. Is de tapcapaciteit merkbaar minder (temperatuur is onvoldoende en/of het debiet is minder dan 6,2 l/min), reinig dan de platenwarmtewisselaar (ww-zijdig) en de tapwatercartridge. 10.2.5 Controle van de rookgasafvoer/luchttoevoer aansluitingen 1.
10 Onderhoud 10.2.8 Controle van het veiligheidsventiel 1. Onderbreek de elektrische aansluiting van de ketel. 2. Sluit de gaskraan onder de ketel. 3. Sluit de hoofdgaskraan. 4. Trek de gecombineerde collector voor sifon en veiligheidsventiel aan de onderkant van de ketel los. 5.
10 Onderhoud 10.2.10 Controle van de brander Afb.98 Controle brander Waarschuwing Het reinigen van de condensbak is niet nodig. Demonteer deze nooit, een eenmaal losgenomen condensbak kan niet opnieuw gemonteerd worden. De warmtewisselaar is voorzien van een oppervlaktebehandeling en hoeft daarom niet gereinigd te worden.
10 Onderhoud 10.3.1 Ketel openen Afb.99 Ketel openen Gevaar voor elektrische schok Zorg dat de ketel spanningsloos is. 1 1 2 1. Draai de schroef aan de onderzijde van de frontmantel los. 2. Verwijder de frontmantel. 3. Druk de clipsluitingen aan de zijkanten van de instrumentenbox naar binnen om deze te ontgrendelen en kantel de instrumentenbox naar voren.
Pagina 108
10 Onderhoud Hardheid van het water. Samenstelling van de kalk. Aantal bedrijfsuren van de ketel. Tapgedrag. Ingestelde tapwatertemperatuur. Als reiniging van de platenwarmtewisselaar noodzakelijk blijkt, ga dan als volgt te werk: Afb.101 Reiniging platenwarmtewisselaar 1. Sluit de watertoevoer af. 2. Tap de ketel af. 3.
10 Onderhoud 10.3.4 Reiniging van de tapwatercartridge Afb.102 Reiniging tapwatercartridge Als reiniging of vervanging van de tapwatercartridge noodzakelijk blijkt, ga dan als volgt te werk: 1. Sluit de watertoevoer af. 2. Tap de ketel af. 3. Demonteer de ontluchtslang bovenop sifon. 4.
10 Onderhoud 10.3.5 Vervanging van de driewegklep Afb.103 Vervangen driewegklep Vervang de driewegklep als deze defect is. Ga hiervoor als volgt te werk: 1. Sluit de watertoevoer af. 2. Tap de ketel af. 3. Demonteer de ontluchtslang bovenop sifon. 4. Verwijder de sifon. 5.
10 Onderhoud 10.3.6 Vervanging van de terugslagklep Afb.104 Vervangen terugslagklep Vervang de terugslagklep als deze defect is of in de serviceset zit. Ga hiervoor als volgt te werk: 1. Haal de luchtinlaatpijp van de venturi. 2. Draai de wartel van het gasblok los. 3.
10 Onderhoud 5. Vul de CV-installatie met water. 6. Ontlucht de CV-installatie. 7. Vul eventueel water bij. 8. Controleer de gas- en wateraansluitingen op dichtheid. 9. Neem de ketel weer in bedrijf. 10.3.8 Vervanging van de besturingsprint Afb.105 Toegang tot de aansluitconnectoren Wanneer een defecte besturingsprint in de instrumentenbox vervangen moet worden, ga dan als volgt te werk: 1.
10 Onderhoud 10.3.9 Vervanging van de aansluitprint CB-03 Afb.106 Toegang tot de aansluitconnectoren Wanneer een defecte aansluitprint in de instrumentenbox vervangen moet worden, ga dan als volgt te werk: 1. Ontgrendel de klep in de instrumentenbox door de clipsluiting aan de zijkant in te drukken.
10 Onderhoud De automatische bijvulinrichting is onder de ketel geplaatst. Deze bijvulinrichting kan een CV-installatie automatisch of semi-automatisch (na bevestiging door de gebruiker) bijvullen wanneer de waterdruk is gedaald naar een waarde lager dan de ingesteld minimale waterdruk. De installatie wordt bijgevuld tot de ingestelde maximale bedrijfsdruk.
10 Onderhoud Opgelet Wanneer het bijvullen te lang duurt, zal waarschuwingscode A02.33 verschijnen. De ketel blijft wel gewoon functioneren. Het bijvullen kan door de ketel tijdelijk onderbroken worden voor normale ketelactiviteiten, zoals de productie van warm tapwater. 10.4.3 Bijvullen van de installatie (handmatig) Opgelet Draai alle radiatorkranen van de CV-installatie open voor het vullen.
De storingscode blijft zichtbaar tot het probleem is opgelost. 4. Noteer de storingscode als het probleem niet kan worden opgelost. Belangrijk De storingscode is belangrijk voor het correct en snel opsporen van de aard van de storing en bij eventuele ondersteuning door Remeha. 11.1.1 Waarschuwing Tab.96 Waarschuwingscodes...
Pagina 117
11 Bij storing Code Display tekst Beschrijving Oplossing A01.23 Slechte verbranding Slechte verbranding Configuratiefout: Vlamwegval tijdens bedrijf: Geen ionisatiestroom: Ontlucht de gasleiding. Controleer of de gaskraan goed geopend is. Controleer de gasaanvoerdruk. Controleer correcte werking en afstelling gasblok. Controleer luchttoevoer en rookgasafvoer op verstopping.
11 Bij storing Code Display tekst Beschrijving Oplossing A02.49 Inti mode mislukt Initialisatienode mislukt SCB niet gevonden: Voer een automatische detectie uit A02.55 SR fout Ongeldig of ontbrekend serienr. Neem contact op met uw leverancier. apparaat A02.69 Demo-modus actief Demo-modus actief Neem contact op met uw leverancier.
Pagina 119
11 Bij storing Code Displaytekst Beschrijving Oplossing H01.15 Trookgas te hoog De rookgastemperatuur heeft de Maximum rookgastemperatuur overschreden: maximale bedrijfswaarde Controleer het rookgasafvoersysteem overschreden Controleer de warmtewisselaar op rookgaszij dige vervuiling Defecte sensor: vervang de sensor H01.21 dT (tww) te hoog Stijging van de De aanvoertemperatuur is te snel gestegen: warmtewisselaartemperatuur te snel...
11 Bij storing Code Displaytekst Beschrijving Oplossing H03.02 Blok laag vlamsign Blokkering als gevolg van te laag Vlamwegval tijdens bedrijf: vlamsignaal Geen ionisatiestroom: Ontlucht de gasleiding Controleer of de gaskraan goed geopend is Controleer de gasaanvoerdruk Controleer correcte werking en afstelling gasblok Controleer luchttoevoer en rookgasafvoer op verstopping...
Pagina 121
11 Bij storing Code Displaytekst Beschrijving Oplossing E00.17 Tboiler kortgsl Temp.sensor tank sanitair warm Boilersensor kortgesloten: water is kortgesloten of meet een Slechte verbinding: controleer de bedrading en temperatuur boven het bereik connectoren Defecte sensor: vervang de sensor E01.04 Vergr 5x vlamverlies Storing optreden van onbedoeld 5 keer vlamverlies: vlamverlies...
Pagina 122
11 Bij storing Code Displaytekst Beschrijving Oplossing E02.35 Veiligheidscomp mist Vergrendeling: communicatie met Communicatiefout: een veiligheidskritisch component is Voer een autodetect uit weggevallen E02.39 Vergr auto vullen Vergrendeling: onvoldoende De waterdruk van de installatie is onvoldoende waterdruk stijging tijdens gestegen tijdens de automatische vulprocedure: automatisch vullen Controleer de installatie op lekkage Controleer de waterleidingdruk van de installa...
11 Bij storing Code Displaytekst Beschrijving Oplossing E04.10 Vergr mislukte start Vergrendeling als gevolg van een Vijf mislukte branderstarts: mislukte branderstart Geen ontstekingsvonk: Controleer de bekabeling tussen de CU- GH en de ontstekingstrafo Controleer de ionisatie- /ontstekingselektrode Controleer de doorslag naar massa / aarde Controleer de conditie van het branderdek Controleer aarding Vervang de CU-GH...
Pagina 124
11 Bij storing 2. Selecteer Storingshistorie. De lijst met 32 meest recente storingen wordt weergegeven met de storingscode, een korte beschrijving en de datum. 3. Selecteer de storingscode die u wilt onderzoeken. Op het display staat een uitleg van de storingscode en de status van de ketel als de storing optreedt.
12 Verwijdering 12 Verwijdering 12.1 Verwijdering en recycling Opgelet Alleen een hiertoe bevoegde vakman mag de ketel verwijderen en afdanken, in overeenstemming met de geldende plaatselijke en landelijke regelgeving. Afb.112 Als de ketel verwijderd moet worden genomen, ga dan als volgt te werk: 1.
Vervang defecte of versleten ketelonderdelen uitsluitend door originele onderdelen of aanbevolen onderdelen. Stuur het te vervangen onderdeel op naar de afdeling Kwaliteitsdienst Remeha als het desbetreffende onderdeel onder de garantieregeling valt (zie de algemene verkoop- en leveringsvoorwaarden). 7688047 - v.03 - 12042019...
Pagina 134
13 Reserveonderdelen Positienr. Onder Beschrijving deelnr. 7668124 Serviceset C 7668125 Serviceset C 7668126 Serviceset A 7668127 Serviceset B 7668129 Serviceset C 7688047 - v.03 - 12042019...
14 Bijlage 14 Bijlage 14.1 EG Conformiteitsverklaring Het toestel is conform het in de EG conformiteitsverklaring beschreven standaardtype. Het is vervaardigd en in bedrijf genomen overeenkomstig de Europese richtlijnen. De originele conformiteitsverklaring is bij de fabrikant op te vragen. 7688047 - v.03 - 12042019...
Pagina 136
14 Bijlage 7688047 - v.03 - 12042019...
Pagina 137
14 Bijlage 7688047 - v.03 - 12042019...
Pagina 138
14 Bijlage 7688047 - v.03 - 12042019...