de kromming van de zender naar boven is gericht. Als er geen signaal verschijnt of als u meer hulp nodig hebt, neem dan
contact op met uw vertegenwoordiger van Nautilus.
Verwijder de batterij voordat u een borstband afdankt. Het afdanken moet gebeuren in overeenstemming
met de lokale regelgeving en/of bij erkende recyclingcentra.
Draadloze hartslagmeter
Het volgen van uw hartslag is een van de beste methoden om de intensiteit van uw training te controleren. De aanwezige
Contact Heart Rate-sensoren (CHR) verzenden uw hartslagsignalen naar de console. De console kan ook telemetrische
hartslagsignalen aflezen door middel van een hartslagborstband die uitzendt op een frequentie van 4,5 - 5,5 kHz.
Opmerking: De borstband moet een ongecodeerde hartslagborstband van
Polar Electro zijn, of een ongecodeerd POLAR
model. (Gecodeerde Polar
OwnCode
-borstbanden zullen niet werken met deze
®
apparatuur.)
Vraag uw arts om advies voordat u een draadloze borstband of
een andere telemetrische hartslagmeter gebruikt als u een
pacemaker of een ander geïmplanteerd elektronisch apparaat
draagt.
NB: Plaats geen persoonlijke elektronische apparaten aan de linkerkant
van het mediadraagblad om interferentie met de telemetrische hart-
slagontvanger te voorkomen.*
Contactsensoren voor hartslagmeting
Contact Heart Rate-sensoren (CHR) verzenden uw hartslagsignalen naar de console. De CHR-sensoren zijn de
roestvrijstalen onderdelen van de handgrepen. Om deze te gebruiken plaatst u uw handen comfortabel rond de sensoren.
Zorg dat uw handen de boven- en de onderkant van de sensoren aanraken. Houd de handgrepen stevig vast, maar
niet te vast of te los. Beide handen moeten contact maken met de sensoren, opdat de console een hartslag zou kunnen
detecteren. Zodra de console vier stabiele pulssignalen detecteert, wordt uw initiële hartslag weergegeven.
Zodra de console uw initiële hartslag heeft gevonden, houdt u uw handen gedurende 10 à 15 seconden stil zonder ze te
verschuiven. De console gaat de hartslag nu valideren. Heel wat factoren hebben een invloed op het vermogen van de
sensoren om uw hartslag te detecteren:
• Beweging van de spieren van het bovenlichaam (met inbegrip van de armen) produceert een elektrisch signaal (spier-
artefact) dat de pulsdetectie kan verstoren. Lichte beweging van de handen tijdens het contact met de sensoren kan
ook storingen veroorzaken.
• Eelt op de handen en handlotion vormen een isolatielaag en verminderen de signaalsterkte.
• Sommige personen wekken een onvoldoende sterk ECG-signaal op, dat niet kan worden gedetecteerd door de sensoren.
• De nabijheid van andere elektronische apparaten kan storing veroorzaken.
Als uw hartslagsignaal op enig moment verstoord lijkt te zijn na validatie, maakt u uw handen en de sensoren schoon en
probeert u het opnieuw.
Hartslagberekeningen
Uw maximale hartslag daalt doorgaans van 220 slagen per minuut (BPM) als kind tot ongeveer 160 BPM op de leeftijd
van 60. Deze daling van de maximale hartslag verloopt meestal lineair, met ongeveer één BPM per jaar. Er zijn geen
aanwijzingen dat de daling van de maximale hartslag door training kan worden beïnvloed. Mensen van dezelfde leeftijd
-compatibel
®
-hartslagbanden zoals POLAR
®
*
®
21