Laspistoolschakelaar 1
Gasventiel
Lasstroom
24
5.2.2
Bedrijfsmodus 4-takt
Met de bedrijfsmodus 4-takt kan de laspistoolschakelaar permanent worden
vastgehouden zodat het laspistool langere tijd kan worden geleid.
Verloop van de bedrijfsmodus 4-takt:
e
1
takt - laspistoolschakelaar indrukken
•
Het magneet ventiel voor het beschermgas wordt geopend
De vlamboog wordt na verloop van de ingestelde voorstroomtijd ontstoken
De lasstroom heeft de waarde die voor de startstroom is ingesteld
e
2
takt - laspistoolschakelaar loslaten
•
De lasstroom wordt in de ingestelde upslope tijd automatisch ingesteld op de
vooraf ingestelde waarde voor I
e
3
takt - laspistoolschakelaar indrukken
•
De lasstroom wordt in de ingestelde downslope tijd verminderd tot de voor de
eindkraterstroom ingestelde waarde.
De lasstroom heeft de waarde die voor de eindkrater is ingesteld
e
4
takt - laspistoolschakelaar loslaten
•
De vlamboog wordt gedoofd
Het beschermgas stroomt gedurende de ingestelde nastroomtijd na.
Afb.11 Verloop bij 4-takt lassen
Bijzonderheden:
e
bij de 2
takt Door de laspistoolschakelaar tijdens de upslope tijd opnieuw in te
drukken, wordt de vlamboog gedoofd en stroomt het beschermgas
gedurende de gekozen nastroomtijd na.
e
bij de 3
takt De vlamboog kan tijdens de downslope tijd worden uitgeschakeld.
Door
de
eindkraterstroom los te laten, wordt de vlamboog gedoofd en
stroomt het beschermgas gedurende de ingestelde nastroomtijd
na.
5.2.3
TIG-puntlassen
De bedrijfsmodus puntlassen wordt aangeraden voor lassen met een vast
ingestelde puntlastijd vanaf 0,01 seconden.
Het stationaire lasproces verloopt met de ingestelde puntlastijd behalve wanneer
de laspistoolschakelaar tijdens het lassen voortijdig wordt losgelaten.
.
1
laspistoolschakelaar
Functiebeschrijving
t
t
t
vóór
het
bereiken
van
de