Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Toegestane Afleeswaarden Bij Uitlijningscontroles; Richtlijnen Voor Uitlijningsmetingen; Meetklokken Voor Uitlijning Bevestigen - ITT 3298 Family Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Installatie
Definitieve uitlijningscontroles (warme uitlijning)
Wanneer
Nadat de pomp voor het eerst is
gebruikt
Periodiek

Toegestane afleeswaarden bij uitlijningscontroles

Opmerking: De opgegeven toegestane afleeswaarden zijn alleen geldig bij bedrijfstemperatuur. Bij koude
instellingen zijn andere waarden toegestaan. Gebruik de juiste toleranties. Wanneer u dat niet doet, kan dit
leiden tot verkeerde uitlijning en verminderde betrouwbaarheid van de pomp.
Wanneer er meetklokken worden gebruikt om de laatste uitlijning te controleren, dan zijn de pomp en de
aandrijfeenheid correct uitgelijnd wanneer er aan volgende voorwaarden is voldaan:
• de totale afwijking van de afleeswaarde is maximaal 0,05 mm (0,002 inch) op bedrijfstemperatuur.
• De tolerantie van de afleeswaarde is 0,0005 in./in. (0,0005 in./in.) meetklokafstand op
bedrijfstemperatuur.

Richtlijnen voor uitlijningsmetingen

Richtlijn
Zorg dat het koppelingsgedeelte van de pomp en het
koppelingsgedeelte van de aandrijving samen draaien, zodat
de stangen van de meetklokken contact hebben met dezelfde
punten op het koppelingsgedeelte van de aandrijving.
Verplaats of zet alleen de aandrijving vast om de aanpassingen
te maken.
Zorg ervoor dat de bevestigingsbouten van de
aandrijvingsvoeten zijn aangehaald wanneer u de metingen
van de meetklok opneemt.
Zorg ervoor dat de bevestigingsbouten van de
aandrijvingsvoeten los zijn wanneer u de uitlijning corrigeert.
Controleer de uitlijning nogmaals na eventuele mechanische
aanpassingen.

Meetklokken voor uitlijning bevestigen

U moet twee meetklokken hebben om deze procedure uit te voeren.
1.
Bevestig twee meetklokken op het koppelingsgedeelte (X) van de pomp:
a) Bevestig een van de meetklokken (P) zo dat de stang ervan in contact komt met de rand van het
b) Bevestig de andere meetklok (A) zo dat de stang ervan in contact komt met het binnenuiteinde
26
Waarom
Hiermee zorgt u voor de juiste uitlijning wanneer zowel de pomp als
de aandrijving op bedrijfstemperatuur zijn.
Hierbij moeten de fabriekswerkprocedures worden toegepast.
koppelingsgedeelte (Y) van de aandrijving.
Met deze meetklok wordt verkeerde parallelle uitlijning gemeten.
van het koppelingsgedeelte van de aandrijving.
Met deze meetklok wordt verkeerde hoekuitlijning gemeten.
Uitleg
Hiermee voorkomt u een onjuiste meting.
Hiermee voorkomt u dat er spanning
komt te staan op het leidingwerk.
Hierdoor loopt de aandrijving stationair
omdat beweging onjuiste metingen kan
veroorzaken.
Hierdoor is het mogelijk de aandrijving te
verplaatsen wanneer u correctie met
betrekking tot de uitlijning uitvoert.
Hiermee worden eventuele verkeerde
uitlijningen gecorrigeerd die door een
aanpassing zijn veroorzaakt.
3298 Family Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave