g Strand/sneeuw
Voor heldere onderwerpen, zoals sneeuwvlakten, stranden en
watervlakten.
• De camera stelt scherp op het onderwerp in het midden van
het beeld.
m
U*
* U kunt ook andere instellingen selecteren.
h Zonsondergang
De diepe kleuren van zonsondergangen en zonsopgangen
blijven behouden.
• De camera stelt scherp op het onderwerp in het midden van
het beeld.
m
W*
* U kunt ook andere instellingen selecteren.
i Schemering
De kleuren van het zwakke, natuurlijke licht vóór zonsopgang
en na zonsondergang blijven behouden.
• De camera stelt scherp op oneindig. Het scherpstelveld of de
scherpstelaanduiding (A 8) brandt altijd groen wanneer de
ontspanknop half wordt ingedrukt. Houd er echter rekening
mee dat voorwerpen op de voorgrond mogelijk niet altijd
scherp zijn.
• De AF-hulpverlichting wordt automatisch uitgeschakeld,
ongeacht de instelling van de AF-hulpverlichting (A 104).
• Bewegingsdetectie (A 103) werkt niet in deze
onderwerpstand, zelfs als deze wordt ingeschakeld in het
setup-menu.
m
W
* U kunt ook andere instellingen selecteren.
O: Voor onderwerpstanden met de aanduiding O wordt het gebruik van een
statief aanbevolen. Zet Vibratiereductie (A 102) op Uit bij gebruik van een
statief.
n
Uit*
n
Uit*
n
Uit*
De onderwerpstand gebruiken
p
Uit
O
p
Uit
O
p
Uit
o
0,0*
o
0,0*
o
0,0*
39