Onderhoud en verzorging
9.3
V-snaaraandrijving
9.4
Langere stilstandtijden
9.5
Bandenspanning
64
Alle aandrijfriemen regelmatig (elke 50-75 bedrijfsuren) op correcte
spanning en schade controleren.
Beschadigde riemen vervangen!
De levensduur van de riemen is afhankelijk van de
overdrachtkrachten van de aftakasaandrijving en het soort van het
gebruik.
Wanneer de machine lange tijd niet wordt gebruikt, wordt geadviseerd
deze voor het parkeren de reinigen en met een geschikt product te
conserveren.
Voor het opnieuw in bedrijf nemen moet door een geautoriseerde
werkplaats de werking van de overbelastingskoppeling, welke tussen
de hoekoverbrenging en de snaaraandrijving is opgesteld, worden
gecontroleerd.
Voorste stuurwielen:
Achterste stuurwielen: 2 bar
Bij montagewerkzaamheden aan de banden, moeten deze altijd
drukloos worden gemaakt (een gedeelde velg kan bij demontage
explosie-achtig uit elkaar barsten).
Via een testrit het dempingsgedrag van de achterste stuurwielen
controleren en eventueel bijstellen.
Bij trillen van de achterste wielen, de stuurdemper via de
inbusbouten aan beide zijden bijstellen.
2 bar
GHS Jumbo SMARTCUT BAF0008.5 05.22