Scaninstellingen bij gebruik van TWAIN-
scanner
In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe u de origineelrichting en scaninstellingen
voor een reeks originelen van gemengd formaat kunt specificeren wanneer u de
TWAIN-scanner gebruikt.
Origineelrichting instellen voor TWAIN-scanner
Voor het correct weergeven van de boven/onder-richting van het gescande ori-
gineel op een clientcomputer moet de plaatsing van het origineel overeenkomen
met de instellingen in het dialoogvenster Scannerbesturing.
A
Open het dialoogvenster Scannerbesturing.
Zie "Basisbewerking voor de TWAIN-netwerkscanner" voor informatie over
hoe u het dialoogvenster Scannerbesturing opent.
B
Selecteer in de lijst [Scanmethode orig.:] de positie waar het origineel is ge-
plaatst.
C
Selecteer [
D
Selecteer [
of [
/
E
Als een origineel in de ADF is geplaatst, selecteert u [1-zijd.], [(Boven/boven)]
of [(Boven/onder)] in het dropdown menu van [Scaninstellingen].
Verwijzing
Pag.103 "Basisbewerking voor de TWAIN-netwerkscanner"
] of [
] in de lijst [Oorspr.afd.richt:].
/
], [
] in de lijst [Afdrukstand:].
Scaninstellingen bij gebruik van TWAIN-scanner
/
], [
6
/
]
141