Notities
1.
De installatiehandleiding moet vóór installatie en gebruik zorgvuldig worden gelezen.
2.
Het niet naleven van de inhoud gemarkeerd met veiligheidswaarschuwing-markeringen kan
persoonlijk letsel, pompschade en ander eigendomsverlies veroorzaken, waarvoor de fabrikant
geen enkele verantwoordelijkheid en compensatie aanvaardt.
3.
De installateur, exploitant en gebruiker moeten aan de plaatselijke veiligheidsvoorschriften voldoen.
4.
De gebruiker moet bevestigen dat de installatie en het onderhoud van het product moeten worden
uitgevoerd door personeel dat de instructies kent en over professionele kwalificaties beschikt.
5.
De pompen mogen niet worden geïnstalleerd in een vochtige omgeving of op plaatsen waar water
kan opspatten.
6.
Om het onderhoud te vergemakkelijken, moet aan elke kant van de pompinlaat en -uitlaat een
afsluitventiel worden geïnstalleerd.
7.
De voeding van de pomp moet tijdens de installatie en het onderhoud worden afgesloten.
8.
Pomp met koperen of roestvrijstalen behuizing moet worden aangepast aan de circulatie van het
warme tapwater.
9.
De warmtetoevoerleiding mag niet regelmatig met niet-onthard water worden aangevuld om een toename
van het calcium in het circulerende water van de pijpleiding te voorkomen en de rotoren niet te verstoppen.
10.
Het is niet toegestaan om de pomp te starten als er geen pompvloeistof is.
11.
Sommige modellen kunnen niet worden gebruikt voor drinkwater.
12.
De verpompte vloeistof kan een hoge temperatuur en druk hebben, daarom moet de vloeistof in
het systeem worden afgetapt of moeten de afsluitventielen aan beide zijden van de pomp worden
uitgeschakeld om brandwonden te voorkomen alvorens de pomp wordt verplaatst of verwijderd.
13.
In de zomer of wanneer de omgevingstemperatuur hoog is, moet er aandacht worden besteed aan
ventilatie om condensatie van vocht en elektrische storingen te voorkomen.
14.
Indien het pompsysteem in de winter niet in werking is of als de omgevingstemperatuur lager
is dan 0°C, moet de vloeistof in het leidingsysteem worden geleegd om te voorkomen dat het
pompbehuizing door bevriezing barst.
15.
Als de pomp lange tijd niet wordt gebruikt, sluit dan de leiding/buisventielen aan de inlaat- en
uitlaatuiteinden van de pomp en schakel de pomp uit.
16.
Neem indien het flexibele snoer beschadigd is contact op met het servicecentrum om het samen met
de connector te laten vervangen.
17.
Als u merkt dat de motor gloeiend heet en abnormaal is, schakel dan onmiddellijk het ventiel aan de
inlaatzijde van de pomp uit en schakel de stroom naar de pomp uit; neem bovendien onmiddellijk
contact op met uw plaatselijke dealer of servicecentrum.
18.
Als de pompstoring niet kan worden opgelost in overeenstemming met de beschrijving in de instructies,
schakel dan onmiddellijk het ventiel aan de inlaatzijde van de pomp uit en schakel de stroom naar de
pomp uit; neem bovendien onmiddellijk contact op met uw plaatselijke dealer of servicecentrum.
19.
Het product moet buiten het bereik van kinderen worden geplaatst; na installatie dienen er
isolatiemaatregelen te worden genomen om te voorkomen dat kinderen het product aanraken.
20.
Het product moet op een droge, geventileerde en koele plaats worden geplaatst en bij
kamertemperatuur worden bewaard.
Wij behouden ons het recht voor om wijzigingen door te voeren in de ontwerpen en de technische specificaties van onze producten.
3