— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
NAAISTEKEN
d
Druk op
of op
totdat de gewenste dichtheid is geselecteerd.
Selecteer
voor ver uiteen liggende steken
of
voor compacte steken.
e
Druk op
(OK-toets ) of op
wistoets).
Het beginscherm voor steken verschijnt
weer en de steekdichtheid is gewijzigd.
VOORZICHTIG
● Als de steekdichtheid te compact is,
kunnen – afhankelijk van de naald – de
steken te dicht op elkaar komen,
waardoor de naald breekt.
Patroonlengte wijzigen
De lengte van één deel van een satijnen steek kunt u
instellen op vijf formaten.
a
Selecteer een satijnsteek (nr. 32–47 van
geselecteerd met
Druk op
(Instellingstoets) op het
b
bedieningspaneel.
Het instellingenscherm verschijnt.
124
(steekbreedtetoetsen)
(annuleer/
,
).
c
Druk op
of op
totdat
verschijnt.
Er verschijnt een scherm waarin u de lengte
van een satijnsteek kunt wijzigen.
d
Druk op
of op
totdat de gewenste ratio is geselecteerd.
U kunt de lengte instellen binnen het bereik
van
en
.
• Druk op
om de lengte te verkleinen. Als
u op de toets drukt terwijl de kleinste
instelling (×1) is weergegeven, klinkt een
piepsignaal.
• Druk op
om de lengte te vergroten. Als u
op de toets drukt terwijl de grootste instelling
(×5) is weergegeven, klinkt een piepsignaal.
De lengte van de satijnen steek is gewijzigd.
Druk op
(OK-toets ) of op
e
(annuleer/wistoets).
Het beginscherm voor steken wordt
opnieuw weergegeven.
(steeklengtetoetsen)
(steekbreedtetoetsen)