Inhoudsopgave
Advertenties
5.1.3 S
TOPPEN VAN DE MOTOR
1. Zet de gashendel (C) in de minimumstand en
laat de motor op het minimum draaien.
2. Draai de sleutel op "OFF".
3. Zodra de startschakelaar zich in de stand
"OFF" bevindt, de sleutel uittrekken.
ATTENZIONE
LET OP
Raak de uitlaatdemper en de motor niet aan tijdens de werking of nadat de
motor werd uitgeschakeld daar ze zeer heet zijn.
5.1.4 C
ONTROLES TIJDENS HET RIJDEN
Tijdens het rijden moeten de volgende controles worden uitgevoerd om na te gaan
of alle delen correct werken.
• C
ONTROLELAMP VAN DE TEMPERATUUR VAN DE KOELVLOEISTOF
Als de controlelamp voor temperatuuralarm van de koelvloeistof (zie paragraaf 4.2
Besturingspaneel) aangaat, of als damp of koelvloeistof uit de overloop van het
compensatievat blijft komen, het werk onderbreken en de motor minstens 5
minuten op het minimum laten draaien (KOELING) zodat hij langzaam afkoelt.
Stop
vervolgens
onderhoudswerkzaamheden uit:
1. Controleer of koelvloeistof in het compensatievat ontbreekt en of er lekken
aanwezig zijn;
2. Controleer of de ingang of uitgang van de koelvloeistof niet is verstopt;
3. Controleer of op het oppervlak van de stralende massa geen stof of
onzuiverheden aanwezig zijn.
4. Controleer of de riem van de ventilatie niet te los zit;
5. Controleer of de waterleidingen van de radiator niet zijn verstopt.
MUKC11061015
C
OMPACTE DUMPER
de
motor
en
KC110 ‐ K
UBOTA
voer
de
volgende
C
inspecties
en
35
Advertenties
Inhoudsopgave
