Levensgevaar bij het gebruik van een vorkheftruck! Houd voldoende afstand tot de vork-
heftruck en let op zijn snelheid. Voertuigen met verbrandingsmotoren produceren ook gif-
tige uitlaatgassen. Draag een ademmasker indien nodig.
Het is essentieel dat de machine waterpas staat! Controleer met een waterpas!
Voer het verpakkingsmateriaal op een milieuvriendelijke manier af!
Gebruik geen nitro verdunningsmiddel voor het schoonmaken.
Gelakte oppervlakken van de machine kunnen beschadigd raken.
Brandgevaar! Rook niet en steek geen open vuur aan.
8.4
Tussentijdse opslag
Indien de machine niet onmiddellijk na de levering in gebruik wordt genomen, moet zij zorgvuldig worden opge-
slagen op een beschermde plaats. Dek de machine af, zodat stof noch vocht kan binnendringen.
De kale, niet met het oppervlak behandelde delen, zoals het tafelblad, worden voorzien van een conserverings-
middel. Van tijd tot tijd moet worden nagegaan of deze doeltreffend is en zo nodig moet hij worden vernieuwd.
8.5
Sjorren in een transportvoertuig
Figuur 9: Sjorogen
Let op het volgende bij het vastsjorren in het transportvoertuig:
• De laadruimte van het transportvoertuig moet altijd schoon en droog zijn.
• De gebruikte sjorbanden moeten geschikt zijn voor het totale gewicht van de machine (zie 6.1).
• Het transport geschiedt door vastsjorren: hierbij wordt het machinepallet door frictievergrendeling vastge-
zet. De lading wordt zo stevig op het laadvlak gedrukt dat ze niet meer kan wegglijden. Het spangereed-
schap moet een hoge STF-waarde hebben voor wrijvingsvergrendeling, zoals ratels met lange hefboom.
• Bovendien moeten antislipmatten worden gebruikt om nog meer veiligheid te bieden.
• De ideale hoek (α) voor het vastsjorren is 83° tot 90°. Daarom moeten de sjorbanden bijna verticaal naar be-
neden trekken. Naarmate de hoek kleiner wordt, neemt de voorspankracht van de spanbanden af.
• Neem bij het transport het toegestane totaalgewicht van het transportvoertuig in acht.
• Zorg ervoor dat de toegestane asbelasting van het transportvoertuig in acht wordt genomen. De lading
moet gelijkmatig over alle assen van het voertuig worden verdeeld.
BA_PH_335-20_NL_05-23.docx
Voor het vervoer van de gepalletiseerde machine in een transportvoertuig is aan
elk van de vier zijden van de machine een sjorpunt (Z) voor telkens één sjorriem
aangebracht.
Voor elk van de 4 sjorpunten moet een aparte spanband worden ge-
bruikt, die elk afzonderlijk op de vloer van de laadruimte wordt ge-
spannen! De pallet moet extra beveiligd worden tegen wegglijden!
De verantwoordelijkheid voor een veilige belading ligt bij de betreffende verlader!
28