Inhoudsopgave
Advertenties
6 - BESTURINGSSYSTEEM BEDIENING
6.4.1 - Pompen met variabele toerentalregeling
30RB_R-koelmachines en 30RQ_R-warmtepompen kunnen worden
uitgevoerd met een of twee pompen met variabel toerental.
Pompen met een variabel toerental geven de mogelijkheid tot het
besparen van de energiekosten, zorgen voor een nauwkeurige
regeling van het waterdebiet en verbeteren de algehele prestaties van
het systeem. De frequentieregelaar regelt continu het waterdebiet om
het stroomverbruik van de pomp bij vollast en deellast te minimaliseren.
De volgende waterdebietregelingen zijn mogelijk:
■ Vaste toerentalregeling (de regeling garandeert een constant
pomptoerental op basis van de compressorcapaciteit).
■ Regeling van het waterdebiet op basis van constant drukverschil
(de regeling werkt voortdurend aan het toerental van de pomp om
een constant drukverschil te garanderen).
■ Regeling van het waterdebiet op basis van een constant
temperatuurverschil over de waterwarmtewisselaar.
Pompen met een vast toerental kunnen lagedruk of hogedruk
pompen zijn, terwijl pompen met een variabel toerental altijd
hogedruk pompen zijn.
6.4.2 - Configuratie van de pompen
De regeling kan de geïntegreerde constant toeren of variabel toeren
pompen aansturen, evenals extern geplaatste pompen. Pompen met
variabel toerental kunnen ook worden geconfigureerd als pompen
met vast toerental (zie ook hoofdstuk 6.4.1).
De basis pompconfiguratie kan worden uitgevoerd via het
Configuratiemenu (PUMPCONF – Pompconfiguratie). Alleen ingelogde
gebruikers hebben toegang tot het menu. De eenheid moet worden
gestopt.
BELANGRIJK: de configuratie van het pomptoerental mag alleen
door de Carrier-service worden uitgevoerd.
Pompvolgorde instellen
1. Ga naar het configuratiemenu.
2. Selecteer
Pump Configuration
Pumps Sequence
3. Stet
[pump_seq] (Pompvolgorde) in.
Pumps Sequence [pump_seq] (Pompvolgorde)
0
Geen pomp
1
Slechts één pomp
2
Twee pompen automatisch
3
Pomp nr. 1 handmatig
4
Pomp nr. 2 handmatig
6.4.3 - Automatische pompselectie
Als er twee pompen worden geregeld en de omschakelfunctie is
geselecteerd (PUMPCONF - Pompconfiguratie), dan probeert de
regeling de draaitijd van de pomp gelijkelijk te verdelen in
o v e r e e n s t e m m i n g
m e t
omschakelingvertraging.
Als deze vertraging is verstreken, dan wordt de omkeerschakelfunctie
van de pomp geactiveerd.
Omschakeltijd tussen de pompen instellen
1. Ga naar het configuratiemenu.
2. Selecteer
Pump Configuration
3. Stel
Pump Auto Rotation Delay
omschakeltijd) in.
Pump Auto Rotation Delay [pump_del] (Automatische omschakeltijd)
24 tot 3000 u
48 u
40
(PUMPCONF) (Configuratie pomp).
d e
g e c o n f i g u r e e r d e
(PUMPCONF) (Configuratie pomp).
[pump_del] (Automatische
6.4.4 - Configuratie van externe pompen
Externe pompen kunnen als volgt worden geconfigureerd:
Beschikbare pomp
Geen pomp
Constant toeren pomp
Twee variabel toeren pompen 2 (twee pompen automatisch)
Variabel toeren pomp
Units zonder geïntegreerde pompen zijn wel voorzien van een
flowbeveiliging. Voor meer informatie over aandrijvingen, zie
Droogloopbeveiliging in paragraaf 3.9.
BELANGRIJK: de toerengeregelde pomp mag alleen worden
ingesteld door de Carrier-service.
6.4.5 - Pompbescherming
De regeling biedt de mogelijkheid om de pomp elke dag om 14:00 uur
automatisch te starten gedurende 2 seconden wanneer de eenheid
is uitgeschakeld.
Als het apparaat is uitgerust met twee pompen, wordt de eerste pomp
gestart op even dagen en de tweede pomp op oneven dagen. Het
regelmatig starten van de pomp voor een paar seconden verlengt de
levensduur van de pomplagers en de dichtheid van de pompafdichting.
Periodieke pompstart kan worden geselecteerd via het configuratiemenu
(Pump sticking protection, PUMPCONF – Pompconfiguratie).
Periodiek starten van de pomp instellen
1. Ga naar het configuratiemenu.
Pump Configuration
2. Selecteer
Pump Sticking Protection
3. Stel
(Pomp kleefbescherming) in.
Pump Sticking Protection [pump_per] (Pomp kleefbescherming)
Nee/Ja
Ja
6.4.6 - Eco pomp bedrijfstype
Wanneer het apparaat op stand-by staat (er is geen vraag naar
verwarming of koeling), stopt de SmartVu
periodiek om energie te besparen.
Controleren of aanpassen van de Eco pomp configuratie
1. Ga naar het hoofdmenu.
Miscellaneous Status
2. Selecteer
Eco-pomptijd actief
3. Controleer
Eco Pump Mode Active [m_ecopmp]
Nee/Ja
Ja
6.5 - Hydromodule optie
p o m p
Met de hydromodule optie kan het waterdebiet doorlopend worden
bewaakt (PUMPSTAT – Pump Status).
De hydromodule biedt de mogelijkheid om de volgende
parameters te meten:
■ In- en uitgaande waterdruk.
■ Debiet waterwarmtewisselaar.
Het waterdebiet is gebaseerd op het drukverschil tussen de in- en
uitgaande waterdruk en de weerstandscurves.
Hydromodule optie met pompen met een variabel toerental
Voor eenheden met variabel toerenpompen zorgt deze optie voor de
automatische aanpassing van het toerental van de pomp, benodigd
om het juiste waterdebiet te behouden. De regeling van het waterdebiet
kan zijn op basis van het compressorgebruik, constant drukverschil
of constant temperatuurverschil.
Voor meer informatie over de regeling van pompen met variabel
toerental, zie ook hoofdstuk 6.4.1.
Pomp configuratie (PumpCONF)
0 (geen pomp)
1 (slechts één pomp)
3 (pomp nr. 1 handmatig)
4 (pomp nr. 2 handmatig)
1 (slechts één pomp)
(PUMPCONF) (Configuratie pomp).
[pump_per]
-regelaar de pomp
TM
(MSC_STAT) (Diverse status).
[m_ecopmp].
Advertenties
Inhoudsopgave
