Î Î Î
Î Î Î
Î Î Î
Figuur 8
De pijlen geven de luchtinlaat– en uitlaatwegen aan.
1. Luchtinlaatrooster (1 van 3 getoond)
Figuur 9
1. Radiateurrooster
3.
Het radiateurrooster (fig. 9) bevindt zich tussen
de radiateur en het dashboard van de trekker. Om
het rooster te verwijderen, trekt u het uit de sleuf
waarin het bevestigd is. Het verzamelde vuil van
het rooster af vegen of wassen en het rooster
weer aanbrengen.
4.
Onder droge of stoffige omstandigheden kan
zich stof op de koelribben van de radiateur
verzamelen, waardoor die minder goed koelt.
Radiateurrooster verwijderen en koelribben van
radiateur schoon blazen (of wassen).
1
m–3412
1
m–3424
5.
In het motordeel kan zich vuil ophopen.
Verzameld vuil met een borstel of door blazen
verwijderen vóór elk gebruik.
Belangrijk: Vuil kan beter worden weggeblazen
(fig. 10) dan weggewassen. Bij
gebruik van water ervoor zorgen dat
dit niet op elektrische delen komt.
Figuur 10
Belangrijk: GEEN HOGEDRUKREINIGER
GEBRUIKEN. Gebruik van een
hogedrukreiniger kan leiden tot
beschadiging van de elektrische
installatie of verwijdering van
noodzakelijk vet.
6.
De achterste kap van de cardanas fungeert als
luchtinlaat voor koeling van de cardanas.
Verwijder vuil van de achterste kap van de
cardanas voordat u de tractor gebruikt (fig. 11).
Controles vóór het gebruik
m–3615
19