Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Brother 882-T52 Bedieningshandleiding pagina 104

Verberg thumbnails Zie ook voor 882-T52:
Inhoudsopgave

Advertenties

Symptoom
Waarschijnlijke oorzaak/remedie
Er zitten lussen in de bovendraad.
De draadspanning van de bovendraad is laag.
• Nadat u de bovendraad door het gat in de
borduurvoet hebt geregen, trekt u met de hand
aan de draad om de draadspanning te
controleren.
De draadspanning komt niet overeen met de
mate waarin draadspanningsknop is
aangedraaid.
• Als de draadspanning niet aangepast kan
worden, zijn er mogelijk draadresten en stof
opgehoopt in de boven- of middelste-
draadgeleiders, waardoor de
draadgeleiderplaten omhoogkomen. Reinig de
draadgeleiderplaten.
De draad is niet goed ingeregen rond de
draadspanningsschijf.
• Reinig de draadspanningsschijf. Rijg de draad
opnieuw in en controleer of de
draadspanningsschijf draait wanneer u aan de
draad trekt.
De kwaliteit van de draad is slecht.
• Probeer te borduren met andere draad. Als het
probleem zich niet meer voordoet nadat de
draad is verwisseld, was de slechte kwaliteit
van de draad de oorzaak van het probleem.
Vervang de draad door draad van goede
kwaliteit.
De machine maakt veel lawaai.
Er kunnen pluisjes rondom de grijper zijn
gedraaid.
De bovendraad is niet goed ingeregen.
De grijper is beschadigd.
• Vervang de grijper.
Er is onvoldoende olie aangebracht.
U kunt de naaldinrijger niet gebruiken.
Deze naalden worden niet voor deze machine
aanbevolen.
De naald is niet correct geplaatst.
Het haakje van het automatische
naaldinrijgmechanisme is verbogen.
102
Pagina
Waarschijnlijke oorzaak/remedie
De draadspanning is niet goed.
De bovendraad is niet goed ingeregen.
De onderdraad is niet goed ingeregen.
De spanning van de onderdraad is niet goed.
Rond de draadspanningsschijf heeft zich stof of
pluis opgehoopt.
De bovendraad haalt de onderdraad niet wanneer de
machine begint te borduren.
De spoel is leeg, de draad kan niet van de spoel
worden afgewonden of het uiteinde van de
onderdraad is te kort.
• Rijg de onderdraad opnieuw in.
De machine stopt en geeft aan dat een draad is
gebroken, terwijl dit niet het geval is.
93
Als de draadbreuksensor in de
draadspanningsschijf van de
draadspanningsknop geen draaddoorvoer
detecteert, zelfs al is de machine aan het
borduren, treedt er een draadbreukfout op en
stopt de machine.
• Leid de draad zorgvuldig door de
draadspanningsschijf. Als de machine daarna
nog steeds aangeeft dat de draad is gebroken,
94
kan het zijn dat de sensor is beschadigd.
De draad is versleten.
Rond de draadspanningsschijf heeft zich stof of
pluis opgehoopt.
De springsteken zijn lang.
Rond de draadspanningsschijf heeft zich stof of
pluis opgehoopt.
Er zijn lange sprongsteken opgegeven.
Er zitten naaldscheuren of gaten in het kledingstuk.
91
De naald is bot.
• Vervang de naald. Botte naalden gaan moeilijk
door het kledingstuk zodat de stof scheurt.
62
De stof is te teer.
*
• Als de naald door de stof gaat, kan dit bij tere
stof al tot beschadigingen leiden. Gebruik een
steunstof boven op de stof.
96
94
94
97
Symptoom
Pagina
62
27
81
94
27
63
*
94
94
59
94

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave