Beschrijving van de werking
Begrenzing vlambooglengte (USP)
Selecteren
5.2.7
Pulslassen
5.2.7.1
Gemiddelde waarde-pulsen
Bij gemiddelde waardepulsen wordt regelmatig tussen twee stromen geschakeld waarvoor een
gemiddelde stroomwaarde (AMP), een pulsstroom (Ipuls), een balance (
vooraf wordt ingesteld. De ingestelde gemiddelde stroomwaarde in ampère is doorslaggevend, de
pulsstroom (Ipuls) wordt procentueel ten opzichte van de gemiddelde stroomwaarde (AMP) ingesteld in
parameter
apparaatbesturing berekend zodat de gemiddelde waarde van de lasstroom (AMP) wordt aangehouden.
AMP = hoofdstroom; bijv. 100 A
Ipuls = pulsstroom =
IPP = pulspauzestroom
Tpuls = duur van een pulscyclus = 1/
= balance
5.3
Begrenzing vlambooglengte (USP)
De f unctie vlambooglengtebegrenzing
vlamboogspanning (ongewone hoge afstand tussen elektrode en werkstuk). De functie kan
procesafhankelijk worden in- of uitgeschakeld > zie hoofdstuk 5.10.
58
. De pulspauzestroom (IPP) hoeft niet te worden ingesteld. Deze waarde wordt door de
x AMP; bijv. 140 % x 100 A = 140 A
Afbeelding 5-45
Afbeelding 5-46
; bijv. 1/1 Hz = 1 sec.
stopt het lasproces bij de detectie van een te hoge
4s
) en een f requentie (
099-00T500-EW505
)
30.1.2023