±0 LW
(E-knop ingedrukt)
Bij waarden anders dan ±0,0 knippert de 0
in het midden van de
belichtingsaanduidingen (alleen
belichtingsstanden P, S en A) en wordt in
de zoeker en het bedieningspaneel een
E-pictogram weergegeven nadat u de E-
knop ontspant. De huidige waarde voor
belichtingscorrectie kan worden bevestigd in de
belichtingsaanduiding door op de E-knop te drukken.
Normale belichting kan worden hersteld door de
belichtingscorrectie in te stellen op ±0,0. De belichtingscorrectie
wordt niet teruggezet wanneer de camera wordt uitgeschakeld.
A
Belichtingsstand M
In de belichtingsstand M heeft de belichtingscorrectie enkel gevolgen voor
de belichtingsaanduiding; sluitertijd en diafragma veranderen niet.
A
Een flitser gebruiken
Bij gebruik van een flitser heeft de belichtingscorrectie zowel invloed op
het flitsniveau als op de belichting, waardoor de helderheid van zowel het
onderwerp als de achtergrond verandert. Persoonlijke instelling e3
(Belichtingscorr. voor flitser, 0 300) kan worden gebruikt om de effecten
van belichtingscorrectie alleen voor de achtergrond te beperken.
144
–0,3 LW
+2,0 LW