MENU VOOR HET PERSONALISEREN VAN DE INSTELLINGEN VAN DE AUTO
Als de auto uitgerust is met deze in de
boordcomputer 1 ingebouwde functie, dan
zorgt deze voor het inschakelen/uitschake-
len en de afstelling van sommige functies
van de auto
Toegang tot het menu voor
het personaliseren van de
instellingen
Druk bij stilstaande auto een aantal keren op
de knoppen 2 of 3 tot de boodschap "Menu
instellingen: ingedrukt houden" op het dis-
play 1 wordt weergegeven. Druk langer dan
2 seconden op een van de knoppen 2 of 3
om naar het menu te gaan.
1
Selectie van de instellingen
Druk op één van de knoppen 2 of 3 voor het
selecteren van de te wijzigen functie:
a) Auto. portiervergr. tijdens het rijden;
b) Alleen bestuurdersportier ontgrendelen;
c) Parkeerhulp voor;
d) Parkeerhulp achter;
e) Parkeerhulp: volume;
f) TAAL.
Als de regel is geselecteerd, houdt u één
van de knoppen 2 of 3 ingedrukt om de func-
tie te wijzigen:
=
2
functie ingeschakeld
<
functie uitgeschakeld
Als u een van de keuzes "Parkeerhulp:
volume" of "TAAL" selecteert, krijgt u op-
nieuw een selectie (geluidsvolume van de
parkeerhulp of taal van het instrumenten-
paneel). Bepaal in dat geval uw keuze en
bevestig deze door een van de knoppen 2
3
of 3 ingedrukt te houden, de geselecteerde
waarde wordt weergegeven met een
voor de regel.
Om het menu te verlaten, selecteert u
"VERLATEN" of "Terug " en bevestigt u dit
door een van de knoppen 2 of 3 ingedrukt
te houden. Het kan nodig zijn dit een aantal
keren te herhalen.
Het menu voor het personaliseren van
de instellingen van de auto kan niet ge-
bruikt worden tijdens het rijden. Boven
20 km/u, gaat het display automatisch
over op de boordcomputer.
~
1.65