3.6
Beschrijving van functies
Bediening
14
AAN/UIT/STAND-BY toets
•
Druk op deze knop om het systeem te starten –
de systeemstatusindicator gaat groen branden.
•
In de meetmodus drukt u op deze knop om de modus stand-by
te openen – de systeemindicator wordt oranje.
•
Om UIT te schakelen drukt u deze knop 2 s in.
Terug-toets
Wissen van foutcode
•
Druk op deze toets om een foutcode te wissen die mogelijk wordt
weergegeven in meetmodus.
Meetwaarde opslaan
•
Druk op deze toets om de meetwaarde op te slaan in het geheugen
Geheugen oproepen
•
Houd deze toets 2 s ingedrukt om bij opgeslagen meetwaarden in het
geheugen te komen
Pulstoon in-/uitschakelen
•
Houd deze toets 4 s ingedrukt om de instelling van de pulstoon
(aan/uit) te realiseren
Keuze van onderhoudsmodus
•
Druk binnen 10 s na het opstarten op deze toets om de
onderhoudsmodus te starten.
Toets voor selectie van patiëntengroep
Selectie van patiënt
•
Druk op deze toets om de relevante patiëntengroep te selecteren.
Start/Stop NIBP-meting
•
Druk op deze toets om een bloeddrukmeting te starten. Wanneer
de toets wordt ingedrukt tijdens een meting, stopt de meting.
Beschrijving