8. Bedieningselementen van de zender
1 Zenderantenne
2 Lcd-display
3 Drukknop voor zweefstand
4 Stuurknuppel voor de knik- en rolfunctie*
5 Trimknoppen voor de rolfunctie
6 Trimknoppen voor de knikfunctie
7 Aan-/uitschakelaar
* De twee stuurknuppels worden door veerkracht automatisch in de middenstand gehouden. Meer informatie over de
stuurfuncties is te vinden in het hoofdstuk "Basisinformatie over de besturing van modelhelikopters".
Bij het inschakelen van de zender wordt automatisch besturingsmodus II opgeroepen. In deze modus
wordt het heffen en neerlaten van de helikopter (pitchfunctie) geregeld met de linker zenderknuppel en de
vliegrichting vooruit en achteruit (knik-functie) met de rechter zenderknuppel.
De verdere uitleg in deze handleiding heeft altijd betrekking bedieningsmodus II. Het is echter ook mogelijk
om besturingsmodus I op te roepen, waarbij de knik- en pitchfuncties op de zender zijn omgedraaid. Meer
informatie hierover vindt u in het hoofdstuk "Wijzigen van de stuurknuppeltoewijzing".
10
Afbeelding 1
8 Drukknop voor de startfunctie
9 Druktoets voor de landen- en stoppen-functie
10 Trimknoppen voor de staartfunctie
11 Stuurknuppel voor de vlieghoogte- en staartfunctie
12 Led-indicator
13 Druktoets voor beginners-/expertmodus