Inhoudsopgave
Advertenties
19. Veranderen van de stuurknuppeltoewijzing
De in afbeelding 10 tot afbeelding 13 getoonde stuurfuncties met de bijbehorende knuppeltoewijzingen komen over-
een met de veelgebruikte afstandsbedieningsmodus II. Sommige modelvliegers geven echter de voorkeur aan modus
I, waarbij de pitchfunctie met de rechter stuurknuppel en de knikfunctie met de linker stuurknuppel wordt bediend.
Om de zender in modus I te zetten en de helikopter te bedienen, gaat u als volgt te werk:
Houd met uitgeschakelde zender de knop voor begin-
ners-/expertmodus ingedrukt (zie ook afbeelding 1, pos.
13).
Schakel de zender met ingedrukte knop in met de aan-/uit-
schakelaar (zie ook afbeelding 1, pos. 7). Laat vervolgens
de drukknop los voor het omschakelen van de afstands-
bedieningsmodus.
Sluit nu de vliegaccu op de helikopter aan.
Beweeg vervolgens de rechter stuurknuppel (zie ook af-
beelding 1, pos. 4) naar boven, vervolgens naar beneden
en dan terug naar het midden.
Als de procedure correct werd uitgevoerd staat de zender
nu in Mode I geschakeld. Het model is aan de zender ge-
koppeld en klaar voor gebruik.
Op het display verschijnt niet langer "L.H" (zie afbeelding
02, pos. 2), maar links van de accu-indicator is de aandui-
ding "R.H" voor bedieningsmodus I te zien.
De swashplaat reageert nu met voorwaartse- en achter-
waartse kantelbewegingen wanneer de linker stuurknup-
pel omhoog of omlaag wordt bewogen.
Opgelet!
Het omschakelen van de bedrijfsmodus heeft niet alleen gevolgen voor de functie van de stuurknuppels.
De trimfunctie wordt ook omgeschakeld. De kniktrim wordt nu ingesteld met behulp van de twee linker
knoppen (zie afbeelding 1, pos. 8 en 9). De automatische start- en landingsfunctie in modus I wordt nu
overgenomen door de knoppen aan de rechterzijde (zie afbeelding 1, pos. 6).
28
Afbeelding 21
Advertenties
Inhoudsopgave
