Elke afzonderlijke schakelaar (1 tot en met 10) van de dipschake-
laar kan in de stand uit (OFF) of aan (ON) worden gezet.
De dipschakelaar mag niet op andere combinaties
worden ingesteld dan diegene die in dit hoofdstuk
N.B.
beschreven worden.
Stel de schakelaars 1 tot en met 10 als volgt in:
•
Schakelaars 1, 2 en 3, soort toepassing:
Wanneer de instelling van de dipschakelaar gewijzigd is, dient
de regelaar tenminste 1 minuut te worden uitgeschakeld!
Deze instelling bepaalt de daadwerkelijke soort toepas-
sing (100 % standby bedrijf, pag.
•
Schakelaar 4, inschakelvertraging en automatische testrun
(alleen in het geval van batterij back-up):
Wanneer de instelling van de dipschakelaar gewijzigd is, dient
de regelaar tenminste 1 minuut te worden uitgeschakeld!
In deze stand wordt de inschakelvertraging willekeurig
ingesteld tussen 0 en 255 sec., nadat de voedingsspan-
ning wordt ingeschakeld wanneer het vloeistofniveau
voldoende hoog is.
De automatische testrun wordt elke 24 uur uitgevoerd.
Nadat de voedingsspanning wordt ingeschakeld, zal de
pomp onmiddellijk inschakelen wanneer het vloeistofni-
veau voldoende hoog is. Geen automatische testrun.
•
Schakelaars 5, 6 en 7, uitschakelvertraging:
Wanneer de instelling van de dipschakelaar gewijzigd is, dient
de regelaar tenminste 1 minuut te worden uitgeschakeld!
De uitschakelvertraging is de tijd tussen het gegeven uitscha-
kelsignaal en het uitschakelen van de pomp.
Men moet ervoor zorgen dat de pomp niet droogloopt.
0 sec.
15 sec.
30 sec.
45 sec.
•
Schakelaar 8
Wanneer de instelling van de dipschakelaar gewijzigd is, dient
de regelaar tenminste 1 minuut te worden uitgeschakeld!
Schakelaar 8 heeft geen functie in de huidige toepas-
sing (100 % standby bedrijf, pag.
instelling moet gehandhaafd blijven!
•
Schakelaar 9, automatisch resetten van storingen:
Wanneer de instelling van de dipschakelaar gewijzigd is, dient
de regelaar tenminste 1 minuut te worden uitgeschakeld!
Deze instelling zorgt voor een automatische reset van
de storingsmeldingen aan externe storingsmelders en
de ingebouwde zoemer. Een storing wordt echter pas
gereset, als de oorzaak van de storing is opgeheven.
Bij deze instelling moet de storing handmatig gereset
worden door middel van de reset-knop (de reset-knop
wordt beschreven in hoofdstuk 6.5).
29
en 30).
60 sec.
90 sec.
120 sec.
180 sec.
29
en 30), maar deze
•
Schakelaar 10, automatisch opnieuw inschakelen:
Wanneer de instelling van de dipschakelaar gewijzigd is, dient
de regelaar tenminste 1 minuut te worden uitgeschakeld!
Deze instelling zorgt voor een automatische herinschake-
ling nadat de PTC-weerstand of het thermisch contact
van de motor de pomp heeft uitgeschakeld.
Herinschakelen zal niet plaatsvinden voordat de motor tot
normale temperatuur is afgekoeld.
Wanneer de aangesloten pompen in explosiege-
vaarlijke ruimtes toegepast worden, mag schake-
laar 10 niet op deze stand worden gezet!
Bij deze instelling moet de pomp handmatig opnieuw wor-
den ingeschakeld nadat de PTC-weerstand of het ther-
misch contact van de motor de pomp heeft uitgeschakeld.
Om de pomp opnieuw in te schakelen dient de keuze-
schakelaar ON-OFF-AUTO voor een korte periode in de
stand OFF gezet te worden (de keuzeschakelaar ON-
OFF-AUTO wordt beschreven in hoofdstuk 6.5).
Wanneer de aangesloten pompen in explosiege-
vaarlijke ruimtes toegepast worden, moet schake-
laar 10 op deze stand worden gezet!
AC/DC (wisselstroom/gelijkstroom) keuzeschakelaar:
De AC/DC keuzeschakelaar voor elektrodes en/of vlotterschake-
laars wordt ingesteld zoals is weergegeven in afb. 13.
Afb. 13
Bedrijf met elektrodes en
vlotterschakelaars:
Keuzeschakelaar in stand AC:
Het is mogelijk om 3 elektrodes
13-18 VAC
0 V
(1 als referentie-elektrode) en
2 vlotterschakelaars aan te sluiten.
AC 1
2
G
3
4
De regelaar geeft een signaal van
AC
DC
13 tot en met 18 VAC door.
Bedrijf met vlotterschakelaars:
Keuzeschakelaar in stand AC:
Het is mogelijk om 4 vlotterschake-
13-18 VAC
0 V
laars aan te sluiten.
De regelaar geeft een signaal van
AC 1
2
G
3
4
13 tot en met 18 VAC door.
AC
DC
Bedrijf met vlotterschakelaars:
Keuzeschakelaar in stand DC:
Het is mogelijk om 4 vlotterschake-
laars aan te sluiten.
Kabels van maximaal 100 meter
0 V
12 VDC
lengte kunnen tussen de regelaar
en de vlotterschakelaars worden
AC 1
2
G
3
4
aangesloten.
AC
DC
De regelaar geeft een signaal van
12 VDC door.
15